2
Mr.
Willem Martini schrijft d.d. 's-Gravenhage 28 okt. vanwege zijn hoge
leeftijd zijn functies als president en ordinaris raadsheer in
de
Raad van Brabant aan HHM over te
dragen.
Hij verzoekt niettemin de rest van zijn leven zijn gage en
traktementen
hiervoor te mogen ontvangen.
Vanwege Martini's lange staat van dienst stemmen HHM in met zijn verzoek.
De president en andere raden van Brabant schrijven d.d. 's-Gravenhage 27 okt. vanwege het vertrek van Martini drie personen te hebben genomineerd als ordinaris raadsheer, uit wie HHM een keuze kunnen maken: mr.
Augustyn Baccart, mr.
David de Ruiter en mr.
Troijlus van Damme. Deze zijn
bereid
zonder gage te dienen totdat er een ordinaris plaats in de Raad
beschikbaar is. Daarnaast verzoeken de raden om mr.
Jacques van Aerssens als president
aan te
stellen
in plaats van Martini.
HHM depĂȘcheren commissie in de gebruikelijke vorm voor de oudste raad Jacques van Aerssens als president. Hiervoor ontvangt hij echter geen gage of traktement zolang Martini nog leeft. HHM verkiezen Baccart en De Ruiter als ordinaris raadsheren. Voor hen wordt commissie in de gebruikelijke vorm gedepĂȘcheerd, maar zij krijgen de helft van de gage als er een tweede plaats en de gehele gage als er een derde plaats vrijkomt.