04/01/1629, 3

 
English | Nederlands

04/01/1629, 3

3 Commissaris Hogenhouck meldt dat men hem in Glückstadt aanziet voor een commissaris van HHM en niet van de koning van Denemarken. Hij ondervindt daarvan in zijn werk veel hinder. Tevens eist men van hem de betaling van de 3.000 rijksdaalder die door commissaris Hartman aan de gouverneur van Glückstadt toegezegd waren. Hogenhouck vraagt op deze en een aantal andere punten de nodige regelingen te treffen.
Hogenhoucks memorie gaat voor onderzoek en nadere aanwijzingen voor hem, naar de RvS.