4
Crijn Jansz. Damast, koopman te Haarlem, en
Aeltge
Joachims
uit 's-Gravenhage, c.s., verzoeken HHM om de betaling van het
damast
en
lijnwaad ter waarde van 8.100 gld. dat zij aan de
graaf
van Carlisle geleverd hebben.
De vergadering verzoekt de gedeputeerden van
Holland deze betaling op zich te nemen, volgens de bepaling genoemd
in de resolutie d.d. 24 februari.