4
Brunincx legt HHM het rekest voor dat is gepresenteerd aan de
burgemeesters van
Enkhuizen door verschillende op
Danzig
[Gdansk],
Koningsbergen
[Kaliningrad] en andere
steden
in het oosten handelende kooplieden. De in- en uitvoer van die
steden is door de
koning van
Zweden met extreem zware tollen belast. Nog in de
voorbije herfst heeft de
koning nadat de tol betaald was uit verschillende met zout en
haring beladen schepen op weg naar Koningsbergen en
Danzig ongeveer
een vijfde van de lading laten lichten, op belofte hiervoor het
aanstaande voorjaar te betalen. Ook uit de schepen van deze landen
heeft de koning
voor een aanmerkelijke som goederen gelicht en behouden.
De
situatie verergert nu de
koning van
Denemarken onlangs drie schepen vanuit Danzig op weg naar
de
Republiek
in beslag heeft genomen, de lading graan en andere
goederen
daaruit heeft gelost omdat die van Danzig
de
keizer tien oorlogsschepen ter
beschikking
hadden gesteld, die door de
koning van
Polen in
die
stad uitgerust zijn. Deze schepen zijn ongetwijfeld bedoeld
om de
Noordzee onveilig te maken.
De kooplieden vrezen nu voor de totale ineenstorting van de handel in het
Oostzeegebied. Zij verzoeken HHM dit onrecht ongedaan te maken en
om maatregelen om dit in de toekomst te voorkomen.
De gedeputeerden van
Holland hebben dit verzoek overgenomen om dit de
Staten van Holland
, momenteel op
de Landdag bijeen, voor te leggen.