13/04/1629, 7

 
English | Nederlands

13/04/1629, 7

7 Gehoord is het rapport van Essen, Noortwijck en andere gedeputeerden van HHM die krachtens de resolutie d.d. 22 maart de missive van de Staten van Zeeland onderzocht hebben, die op 19 maart met diverse akten aan Z.Exc. is gestuurd aangaande het opzeggen van de dienst, het traktement en de huisvesting van luitenant-admiraal Dorp. De gecommitteerden hebben rekening gehouden met verschillende documenten en particuliere missiven tegen de genoemde Dorp, geschreven door diverse kooplieden uit Hoorn en anderen. Deze beschuldigen hem en zijn ondergeschikte kapiteins ervan dat zij tijdens hun laatste reis het grootste deel van de tijd zonder enige aanleiding in de havens van Engeland voor anker gelegen hebben, zodat de Duinkerkers vrij spel hadden en de Nederlandse schepen grote schade konden toebrengen. De gedeputeerden van HHM hebben al de genoemde stukken en de documenten waarnaar de brief van de Staten van Zeeland verwijst, vergeleken met het journaal van luitenant-admiraal Dorp en zijn tot het besluit gekomen dat de stukken sterk afwijkend zijn. Toen men Dorp hiermee confronteerde, heeft deze verklaard dat alle stukken vals zijn. Hij probeerde dit te bewijzen met diverse documenten die het tegenovergestelde beweerden. Op deze manier wil hij zich verdedigen.
De vergadering besluit afschriften van de documenten ten laste van luitenant-admiraal Dorp hem ter beschikking te stellen, zodat hij zich tegen de aantijgingen kan verdedigen.