5
Vosbergen brengt verslag uit van het gesprek dat hij met Z.Exc.
krachtens de resolutie d.d. 21 april gehad heeft over de missive
van
de
magistraat en regeerders van
Genève waarin
het
overlijden van
de
prinses van Portugal gemeld werd.
In haar
testament
drukte zij de wil uit eervol begraven te worden en stelde zij haar
dochters onder de bescherming van het
stadsbestuur tot zij onder de
hoede van HHM zijn.
De vergadering besluit de magistraat en regeerders te antwoorden dat HHM met droefheid het overlijden van de prinses vernomen hebben. Wat de begrafenis betreft zullen zij de reeds gegeven instructies van Z.Exc. volgen. Tevens bedankt de vergadering hen voor de zorg die zij gedragen hebben voor de jonge prinsessen1 verzoekt
hun
deze
zorg te
blijven dragen totdat zij in de Republiek aangekomen zijn.
Verder besluiten HHM de prinsessen te condoleren en hen te vermanen binnen de gereformeerde kerk te blijven, waarin hun moeder hen heeft opgevoed, en zich niet te laten verleiden door enige raadgevingen. Zodra zij in de Republiek aangekomen zijn, zullen HHM hun alle nodige steun verlenen die zij menen verschuldigd te zijn aan het huis van wijlen
prins Willem.