5
Raadpensionaris
Duyck legt de vergadering een missive van resident
Aissma d.d. Hamburg 8/18 april
voor, waarin hij
meldt
dat in
Lübeck naar alle waarschijnlijkheid een verdrag
gesloten zal worden tussen de
keizer en de
koning van Denemarken. De keizer
biedt de
teruggave van
Jutland en
Holstein
aan zonder enige compensatie of slechts tegen een kleine
vergoeding. De koning van
zijn kant
doet afstand van de bisdommen en alle andere zaken die te maken
hebben
met aangelegenheden van de Kreits. Er is tevens sprake van enkele
geheime
bepalingen, maar daarover heeft de resident nog geen zekerheid. De
kanselier en iemand van de stenden zijn naar
Denemarken
vertrokken. Omdat hij merkt dat de vredesgesprekken te Lübeck op
hun
einde lopen, verzoekt Aissma een paspoort om
daarheen te gaan.
De vergadering antwoordt Aissma naar Lübeck te gaan om daar de gebeurtenissen rond de
vredesonderhandelingen op de voet te volgen. Tevens wordt aan de koning van
Denemarken geschreven dat hij krachtens het zevende artikel van de
alliantie tussen hemzelf, de
kroon van
Groot-Brittannië en de Republiek overleggen moet met HHM over de aangeboden
bepalingen alvorens zijn
commissarissen daarop daadwerkelijk mogen antwoorden. HHM zijn van
mening dat zij
daartoe gerechtigd zijn, aangezien zij de punten van het genoemde
verdrag steeds opgevolgd hebben en, ondanks hun penibele situatie,
steeds regelmatig het beloofde secours hebben betaald. Indien de
koning
van plan is zonder voorafgaand overleg met HHM vrede te sluiten,
dan moet hij
er
oog voor hebben dat er geen voor de Republiek nadelige punten
worden
opgenomen in het verdrag.