18
Johan Rausen, kamerjonker van Julius Friedrich, hertog van
Württemberg, legt HHM een missive van zijn
meester
d.d. 20 juni voor, waarin deze meldt dat God hem gezegend heeft met
een
gezonde zoon. Hij verzoekt HHM het peterschap aan te nemen.
HHM bedanken de hertog en gelasten agent
Brederode hen te vertegenwoordigen bij de doop. HHM
zullen hem van 1.000 gld. als pillegift voorzien en 200 gld. om te
schenken in de kamer.