6
Johannes Retzer verzoekt zijn rekening te betalen betreffende de door hem
gedane invordering van de geestelijke contributies. Wat bij het
sluiten van de rekening overblijft, moet worden toegewezen aan de
restanten van
deze contributies. Ten tweede verzoekt hij hem traktement toe te
kennen
voor het beheer dat hij zal voeren over het ontvangen en uitgeven
van
het geld voor de soldaten die in het
Land van
Kleef,
het
Mark en
Berg worden
ingekwartierd.
Ten derde vraagt hij hem te machtigen een plaatsvervanger te mogen
gebruiken omdat het niet mogelijk is door de grote afstand alles
zelf
waar te nemen.
HHM besluiten thesaurier-generaal
Van Goch hierover te horen.