20/04/1630, 12

 
English | Nederlands

20/04/1630, 12

12 Willem Brasser en Eck, gecommitteerde raden ter Admiraliteit te Rotterdam , geven ter vergadering kennis van de moeilijke financiƫle situatie van dit College. Zij verzoeken om 60.000 gld. ter betaling van de buitgelden van de matrozen ter voldoening van de door de kapiteins op de vijand veroverde buit, die door deskundigen ter taxatie en schikking is aangenomen. De Admiraliteit laat weten dat Gelderland het College nog 34.000 pond schuldig is over zijn quote in het tweede miljoen van 1629, de provincie Overijssel 22.000 pond, Utrecht 31.000 pond, Friesland 18.400 pond en de Generaliteit 25.000 pond.
HHM zullen er bij de provincies op aandringen hun tekorten aan te zuiveren. De ontvanger-generaal wordt nadrukkelijk opgedragen de genoemde 25.000 pond aan de genoemde Admiraliteit uit de eerste te ontvangen gelden te betalen.