Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 4263

Nummer 4263
Datum 14-4-1954
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Beyen/Luns 688
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Beyen, J.W. (info)
Luns, J.M.A.H. (info)
Ontvanger(s) Bylandt, W.F.L. van (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming Djakarta
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, uitgaande codetel. Djakarta 1954
Dossiernummer
Trefwoorden Nederlanders in Indonesië, arrestatie/rechtspositie van -
NG-kwestie, algemeen (= conflict over de status van NG tussen Nederland en Indonesië)
pers/publieke opinie, Indonesische
Sukarno, redevoeringen/uitlatingen van -
unieverhouding/RTC-akkoorden, (Haags) overleg '54 ter herziening/beëindiging van de - ; zie ook: Haags Protocol
Annotatie slotnoot:
Punt 6 van dit telegram is onder tel. no 195 door Kernkamp aan Hollandia geseind. NA, archief Minkol., codetel. 1954, 9.

Aansluitend seinden Beyen/Luns op 15 april onder no 695 'dat bij gelegenheid van overhandiging van nota aan Susanto, Luns aandacht van plv. HC heeft gevestigd op allerminst gunstige stemming in Nederland ten opzichte van Indonesië tengevolge van eerder besproken uitlatingen van Sukarno tegenover Mevrouw Lips, de reactie van Luar Negeri op de tweede Nederlandse arrestantennota en in verband met de wijze, waarop Sastroamidjojo en Sunarjo reeds verkondigden, dat de Unie binnen twee maanden zou zijn opgeheven, nog vóórdat Nederlands antwoord op Indonesisch verzoek om hervatting der onderhandelingen was overhandigd.
Een en ander deed geneigdheid om besprekingen te voeren, niet toenemen, waarbij kwam, dat de Nederlandse Regering eigenlijk zou prefereren besprekingen uit te stellen tot na algemene verkiezingen in Indonesië.
Hierna overhandigde Luns de nota, welke Susanto na deze inleiding bij lezing kennelijk meeviel. Hij constateerde, dat de Regering de ministersconferentie wilde beperken tot hoofdzaken en dat de diverse overeenkomsten tegelijk zouden moeten worden behandeld. Luns lichtte nogmaals toe, waarom besprekingen onmogelijk zijn avant tweede helft Juni.
Susanto zag een duidelijke tegemoetkoming aan Indonesische wensen in de mededeling van Luns, dat de Nederlandse Regering niet afwijzend zou staan tegenover het voeren van besprekingen b.v. in Italië, indien Indonesië daarop bepaald prijs stelt. - - -
Nader is Susanto duidelijk gemaakt, dat technische bezwaren zouden nopen eventuele ontmoeting in het buitenland te beperken tot enkele dagen, ter eerste kennismaking en terreinverkenning en dat eigenlijke zakelijke besprekingen toch in Den Haag zouden moeten plaats hebben.' T.a.p.
Op 20 april lieten Beyen/Luns hier bij tel. no 702 op volgen, dat 'heden aan Susanto is medegedeeld, dat nader ministerieel overleg alhier duidelijk heeft gemaakt, dat het voeren van besprekingen over de Unie c.a. buiten Nederland, op zoveel verzet zou stuiten, dat oorspronkelijke toezegging om eerste inleidende besprekingen bijvoorbeeld in Italië te doen plaats hebben, moet worden teruggenomen. Susanto volstond met de mededeling, dat hij Djakarta zou inlichten.' T.a.p.

Blijkens tel. no Beyen/Luns 731 van 29 april 1954 had Susanto op 28 april Luns  gevraagd wat precies bedoeld werd in 'punt 5 van de Nederlandse nota inzake de Uniebesprekingen'.  - - -'Indonesische regering is namelijk bevreesd, dat Nederland niet de besprekingen zal willen afsluiten voordat alle onderwerpen, die in de RTC-overeenkomsten zijn geregeld, in nieuwe afspraken zijn geregeld. Luns heeft geantwoord dat deze opvatting in zijn algemeenheid juist is, aangezien inderdaad Nederland de RTC-overeenkomsten als een geheel beschouwt, doch dat zulks niet inhield, dat nieuwe akkoorden tot in details zouden moeten worden uitgewerkt tijdens het aanstaande overleg. De bedoeling was, dat ter conferentie precies wordt afgesproken wat er met de verschillende andere akkoorden van financieel-economische aard zal gebeuren en het was in dit verband niet ondenkbaar, dat deze akkoorden, eventueel voor een zekere termijn, worden bestendigd. De heer Susanto zeide, dat hij hierin de bevestiging vond van wat Luns hem reeds bij een vorige gelegenheid had verklaard en dat hij niet zou nalaten zijn regering in bedoelde zin gerust te stellen.' Archief BZ, uitgaande codetel. Djakarta 1954.
Zie ook 3043: Luns 115
3798: Van Bylandt 1121
3989: Beyen/Luns 46
4241: Beyen/Luns 634
4262: Beyen/Luns 679
PDF transcriptie (65 KB)