Verzoeken om inlichtingen, met de daarover genomen besluiten

Verzoek

Onderwerp Hospitalen voor zieken, arme invaliden, bejaarden, krankzinnigen, doof-stommen, blinden, kraamvrouwen
Beginjaar 1810
Toelichting Op 10 juli 1810 werd het grondgebied van het Koninkrijk Holland bij het Franse Keizerrijk ingelijfd. Vrijwel onmiddellijk zond de Franse Ministre de l' Intérieur in verband daarmee een reeks verzoeken om inlichtingen. Hij deed dit rechtstreeks aan de Landdrosten van de voormalige Hollandse departementen, hoewel de oude ministeries in Den Haag nog tot eind december 1810 zouden blijven functioneren. De Landdrosten waren de tegenhangers van de Franse Préfets, het vaste aanspreekpunt van de Ministre. De vragen overgenomen uit de missive van de Landdrost van Maasland aan de gemeentebesturen dd. 9 augustus 1810.
Beleidsterrein Armenzorg
Gestelde vragen [1] Noms des établissements. [2] Nombre des tuteurs. [3] Nombre des alimentés, a) hommes, b) femmes. [4] Nombre des subsidiés hors de la maison, a) hommes, b) femmes. [5] Revenus annuels de l' établissement. [6] Dépenses annuelles de l' établissement. [7] Dépenses qu' occasionne l' alimenté par an. [1] Je demande de me faire connaître l' état actuel des hopitaux de votre département que vous administrez. [2] Veuillez --- me procurer, par un rapport détaillé sur chacun de ces établissements tous les renseignements que vois croirez propres à m' éclairer sur leur situation, leur régime et leur police intérieure; vous y indiquerez la population de votre département et quelles sont les communes où il y a des hospitaux et des hospices destinées à reçevoir les malades, des pauvres infirmes, des vieillards, des enfants etcetera. [3] Vous aurez, en outre, à répondre dans le plus court délai, aux diverses questions que vous trouverez adjointes [waarbij moet worden aangegeven hoe inpassing in het administratieve systeem van het keizerrijk kan plaatsvinden en welke instellingen eventueel kunnen worden samengevoegd]. [4] Vous joindrez à l' appui de votre travail une copie des lettres de fondation de chaque maison ou de ses principaux règlements. [5] Vous me ferez également connaître s' il existe des établissements spécialement fondés pour les personnes attaquées de folie, s' ils sont soumis à des traitements propres à répérer leur guérison, et quels sont les moyens que l' on employe. Vous appliquerez en outre à chacun de ces établissements, les questions auxquelles vous avez à répondre pour les autres hôpitaux. [6] Vous entrerez dans de semblables détails sur les établissements qui existent dans votre département pour les sourds-et-muets, pour les aveugles , même pour la femme en couche et pour l' instruction des sages-femmes etcetera. [1] Welk is de naam, de oorsprong, het oogmerk en het voorwerp van de stichting van het huis. [2] Worden er tegelijk in opgenomen zieken, oude mannen en kinderen. [3] De venerische zieken, worden die mede ingenomen, of uitgezonderd. [4] Is het huis alleenlijk ingericht voor ingezetenen der stad of plaats. [5] Is het huis gesticht voor andere dan voor de armen der gemeente. [6] Hoedanig, en door wie, wordt het geadministreerd? Welke autoriteiten doen de keuze der bestuurders? Zijn dezelve aan een afwisselende aftreding onderworpen. [7] Wordt de dienst binnen 't huis door vrouwen bestuurd of waargenomen? Worden dezelve genomen uit andere stichtingen tot die soort van dienst ingericht, welk is haar getal? Welk is het getal der overige bedienden. [8] Hoeveel zielen zijn gewoonlijk in 't huis, de bedienden, de behoeftige zieken, de oude mannen welke daarin hun leven blijven (restants à vie), de wettige kinderen, de onwettige kinderen, en de zodanige wiens ouders onbekend zijn, bij elkander gerekend. [9] Neemt het huis ook kraamvrouwen in, en hoe groot is dat getal gewoonlijk. In welke maand van zwangerschap worden zij ingenomen. [10] Neemt het huis ook bestedelingen in? Welk is dit getal. [11] Wat wordt er voor besteding betaald. [12] Op welke jaren worden de oude mannen ingenomen. [13] Op welke ouderdom neemt men de kinderen in. [14] Tot welke jaren blijven de kinderen in 't huis. [15] Welk zijn de inrichtingen voor hun lichamelijke, zedelijke en godsdienstige opvoeding. [16] Moeten de kinderen beroofd zijn van vader en moeder om ingenomen te kunnen worden. [17] Welke zijn de overige voorwaarden waaraan hun inneming onderworpen is. [18] Wordt er werk verschaft aan oude lieden en kinderen in staat om te werken. [19] Hoe veel zijn de dagelijkse verdiensten dier werkende personen. [20] Hoe veel wordt daarvan aan ieder van hen goedgedaan. [21] Tot welke bijdragen ten nutte van het gesticht strekt het overige. [22] Worden er ook zieke militaire in dit gesticht aangenomen, en zo ja, in welke evenredigheid. [23] Worden de zieke militairen aldaar in afzonderlijke zalen behandeld en afgezonderd van de overige burgerlijke zieken. [24] Zijn er voor de zieke militairen welke in staat van arrest zijn, vertrekken waarin zij bewaard worden. [25] Welke zijn de aangewende middelen om te voorkomen dat zij niet ontsnappen [sic]. [26] Wat ontvangt het gesticht voor het behandelen van een zieke militair per dag. [27] Waarin bestaat diezelfde betaling voor een officier. [28] Liggen de zieke militairen, de burgerlijke zieken, de oude lieden, en de kinderen ieder afzonderlijk in een bed. [29] Welk is de samenstelling van dat bed. [30] Zijn de genoemde gods- en gasthuizen van een genoegzame uitgebreidheid in evenredigheid van de bevolking der stad. [31] Welke middelen worden er in 't werk gesteld, zo om de zalen te zuiveren en een gezonde lucht in dezelve te onderhouden, als om de ongelukken van brand voor te komen. [32] Volgens welke vastgestelde bepalingen geschied de aanneming in, en het ontslag uit het gesticht. [33] Welke is de tijd dat de ziekten gewoonlijk voortduren. [34] Welke is het getal der doden. [35] Welke is betrekkelijk de schaffing, de portie welke aan de verschillende klassen van inwoners van het huis gegeven wordt, en waarin bestaat die portie, namelijk voor zoveel aangaat 't brood, 't vlees en 't bier. [36] Welke is de prijs van ieder portie, met betrekking tot het brood, het bier en het vlees. [37] Waarin bestaan de brandstoffen voor de zalen, slaapzalen, keukens en verdere plaatsen, waarin de bedienden verblijf houden, en de verdere zaken van het huis verricht worden. [38] Op hoeveel beloopt de hoeveelheid brandstoffen, die er jaarlijks gebruikt worden, berekend in franse maten. [39] Heeft het gesticht bezittingen. [40] Welke zijn de revenuen uit verhuringen, en rentegevende effecten voorkomende. [41] Zijn de bezittingen van het gesticht genoegzaam om in de behoeften van hetzelve te voorzien. [42] Zo nee, uit welk fonds, of uit welke cassa, en tot welk beloop, wordt daarin voorzien. [43] Indien de inkomsten van het huis meer dan toereikend zijn, welk gebruik wordt daarvan gemaakt? [44] Zijn er achterstallige renten, of restanten van vorige jaren te ontvangen. [45] Hoeveel bedraagt hetgeen uit ieder der bovengemelde achterstallen zoude te beuren zijn; welke hoop is er dat zulks zal kunnen plaats hebben. [46] Worden de huizen het gesticht toebehorende verhuurd. [47] Worden de landerijen verpacht. [48] Hoedanig worden de verhuringen en verpachtingen ingericht. [49] Wordt de houthak zodanige stichting toekomende, verpacht, ofwel wordt die houthak door de administrateurs zelve gedaan. [50] Laat men de scheut op de stoof staan (les ballivaux sur les coupes) en zijn er ook gedeelten van het hout die niet mogen verkocht worden (bois de reserve). [51] Is het gesticht, en dezelfs inkomst uit bezittingen voortspruitende, belast met enige renten, 't zij doorlopende, 't zij lijfrenten. [52] Welk is het beloop dier te betalen renten, de lijfrenten van de doorlopende te onderscheiden. Hoeveel jaren achterstallen zijn er verschuldigd. [53] Zijn er buiten de achterstallen verschuldigd op doorlopende renten en lijfrenten daar de bezittingen van het huis mede belast zijn, nog andere schulden door het huis te betalen; en welk is het beloop, de oorsprong en de aard derzelve. [54] Zijn de inkomsten uit de bezittingen voortspruitende onderworpen aan betalingen van belastingen. [55] In welke proportie zijn die inkomsten belast, en welk is het beloop der belasting waaraan zij onderworpen zijn. [56] Zijn de gebouwen zelve insgelijks aan belastingen onderworpen? Zo ja, welke? En welk is het beloop daarvan. [57] Hoeveel bedragen jaarlijks de kosten van onderhoud en reparatie der eigendommen dier gestichten en bijzonderlijk het gebouw van het gesticht zelve. [58] Welke is het beloop van de gewone uitgaven tot het onderhoud der armen in zodanig gesticht, zo voor hetgeen betreft de tractementen en daggelden, 't vuur en licht, bewassen en onderhoud van het linnen, en het onderhoud der bedden en slaapplaatsen. [59] Welke zijn de buitengewone uitgaven waarmede het gesticht kan belast zijn, en waarin bestaan die. [60] Hoedanig, volgens welke, en op welke voet, wordt er rekening gedaan der administratie, ontvang en uitgaaf. [61] Door welke autoriteit worden die rekeningen opgenomen en gesloten. [62] Is het gesticht vatbaar voor enige verbeteringen. [63] Welke zijn die verbeteringen; welke zijn de middelen om ze te bewerkstelligen.
Bron

Besluiten

Datum Instelling die het besluit neemt Inhoud van het besluit Bijlagen met dagnummer
17-07-1810
Ministre de l' Intérieur Antwoord van de Préfet van Ems-Occidental inzake de huidige staat van armhuizen en ziekenhuizen. Details
17-07-1810
Ministre de l' Intérieur Verzoek van de Ministre de L' Intérieur aan de Landdrosten om inlichtingen inzake de staat van de hospitalen. Details
09-08-1810
6
Landdrost van Maasland Verzoek van de Landdrost van Maasland aan de steden en in aanmerking komende gemeenten om opgave inzake de ziekenhuizen en dergelijke. Details

De handleiding bevat een beknopte beschrijving van de gegevens.