Verzoek
| Onderwerp | Pensioenen van Politieke Ambtenaren in de Departementen |
|---|---|
| Beginjaar | 1807 |
| Toelichting | Achtergrond: De aanleiding voor het verzoek om inlichtingen vormde een schrijven van de Minister van Financiën dat politieke pensioenen door de souverein behoren te zijn verleend of geconfirmeerd. Later zou de administratie van alle pensioenen worden gecentraliseerd onder de bevoegdheid van een bij Koninklijk Besluit van 5 februari 1808 nr. 4 aangestelde Directeur-Generaal van de Publieke Schuld. Blijkens de dispositie van de Minister van Eredienst van 3 juni 1808 nr. 10 had de Secretaris-Generaal van het Minister op 12 mei 1808 nr. 10 ook de lijst van politieke pensioenen opgestuurd aan de Rekenkamer. Zie voor deze laatste stappen verzoek om inlichtingen nr. 470. Vindplaatsen: In het Kabinet van Lodewijk Napoleon, nr. AF IV 1811, bevindt zich een in rood leer ingebonden ongedateerde lijst van politieke pensioenen, met kolommen Namen, Gewezen kwaliteiten, tijd van verleend pensioen en beloop. Het laatstgenoemde jaartal is 1807. |
| Beleidsterrein |
Overheidspersoneel
|
| Gestelde vragen | [1] Een volledige lijst van alle pensioenen van politieke ambtenaren welke onder hun ressort worden genoten, van welken aard of natuur ook, met bijvoeging der resolutiën van de geconstitueerde algemeene of departementale autoriteiten waarbij dezelve pensioenen zijn geconcedeerd of geconfirmeerd. |
| Bron | Minister van Binnenlandse Zaken aan Departementale Besturen |
Besluiten
| Datum | Instelling die het besluit neemt | Inhoud van het besluit | Bijlagen met dagnummer |
|---|---|---|---|
|
26-04-1807
1 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Naar aanleiding van een schrijven dd. 22 april 1807 nr. 5 van de Minister van Financiën worden onder andere de Departementale Besturen en het Bestuur van de Landschap Drenthe aangeschreven om lijsten van pensioenen van politieke ambtenaren met de besluiten waarop ze zijn gebaseerd. | Details |
|
04-05-1807
14 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het Departementaal Bestuur van Utrecht meldt dd. 1 mei 1807 dat er geen eigenlijke politieke pensioenen zijn behalve een oude burgemeester in Eemland en enkele kerkelijke, justitiële en financiële ambtenaren. In advies gehouden in afwachting van overige antwoorden. | Details |
|
07-05-1807
3 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het Departementaal Bestuur van Overijssel meldt dd. 30 april 1807 dat er geen politieke pensioenen zijn. Gehouden in advies. | Details |
|
09-05-1807
11 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het Bestuur van de Landschap Drenthe meldt dd. 30 april 1807 dat er geen politieke pensioenen zijn. In advies gehouden tot binnenkomst overige antwoorden. | Details |
|
13-05-1807
7 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het Departementaal Bestuur van Zeeland zendt dd. Middelburg 8 mei 1807 nr. 22 opgave van politiek gepensioneerde ambtenaren. Gehouden in advies in afwachting overige antwoorden. | Details |
|
14-05-1807
13 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het Departementaal Bestuur van Friesland dd. Leeuwarden 11 mei 1807 en het Departementaal Bestuur van Groningen dd. Groningen 11 mei 1807 nr. 24 W zenden lijsten van politieke gepensioneerde ambtenaren. Gehouden in advies in afwachting overige antwoorden. | Details |
|
16-05-1807
9 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het Departementaal Bestuur van Holland zendt dd. 14 mei 1807 een lijst van gepensioneerde ambtenaren. Gehouden in advies in afwachting van de overige antwoorden. | Details |
|
27-05-1807
10 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het Departementaal Bestuur van Holland zendt dd. 22 mei 1807 een nieuwe, aangevulde lijst van politieke pensioenen. In advies gehouden in afwachting van de overige antwoorden. | Details |
|
29-06-1807
15 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | De Landdrosten van Brabant en Gelderland worden gemaand te antwoorden. Zeeland dient kopie-resolutie te verstrekken betreffende één pensioen. Bij missive nr. 70 krijgt de Minister van Financiën kopie van de opgaven. De overige landdrosten worden hiervan geïnformeerd. | Details |
|
11-08-1807
5 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | a) De Landdrost van Zeeland meldt dd. Middelburg 4 juli 1807 nr. 115 dat aan D.P. de Mauregnault pensioen is verleend. b) De landdrost van Brabant zendt dd. Den Bosch 9 juli 1807 Lit. P de lijst van pensioenen en c) de Landdrost van Gelderland meldt dd. Arnhem 5 aug. 1807 dat de pensioenen in dat Departement sedert 1802 direct door de Minister van Financiën worden voldaan. Bij missive nr. 35 gaan o.a. de originele bijlagen van relatief a) en kopie van relatief b) naar de Minister van Financiën. | Details |
De handleiding bevat een beknopte beschrijving van de gegevens.