Gevonden besluiten
Er zijn 162 besluiten gevonden die overeen komen met de opgegeven zoekcriteria:- Instelling: Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken
Vorige 20 documenten | Volgende 20 documenten | ga naar resultaat: | |||||||
Datum | Instelling | Omschrijving | Details | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
21. | 24-05-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Minister van Financiƫn zendt dd. 15 mei 1809 nr. 25 een bij vergissing aan hem gerichte brief dd. 10 april 1809 van de Landdrost van Utrecht inzake voet-, roede- en landmaten. De Landdrost van Groningen doet dd. 9 mei 1809 Littera O opgave. Kopie van de missiven van de Landdrosten gaat bij missive naar de Secretaris van de Eerste Klasse van het Koninklijk Instituut. | Details | |||
22. | 02-06-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | Van de opgaven dd. 27 mei 1809 van de Landdrost van Overijssel, dd. 10 mei 1809 van de Landdrost van Drenthe en van de missive dd. 10 mei 1809 van de Secretaris-Generaal bij het Landdrostambt van Drenthe met de legger of standaard van de landmaten gaat kopie naar de Secretaris van de Eerste Klasse van het Koninklijk Instituut. | Details | |||
23. | 03-07-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrost van Brabant doet dd. 23 juni 1809 Littera N opgave van de maten. Kopie van missive met bijlagen gaat bij missive naar de Secretaris van de Eerste Klasse van het Koninklijk Instituut. | Details | |||
24. | 20-10-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrosten van Zeeland en Oost-Friesland worden gemaand hun opgaven in te zenden. | Details | |||
25. | 20-11-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrost van Oost-Friesland doet dd. 9 november 1809 opgave van de maten. Kopie van de bijlagen gaat bij missive naar de Secretaris van de Eerste Klasse van het Koninklijk Instituut. | Details | |||
26. | 01-07-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrosten worden aangeschreven om opgave van gevallen van aanmerkelijke nadelen en onaangenaamheden, voortvloeiende uit de afzetting van administrateuren of directeuren van gestichten van liefdadigheid in 1795 of daarna, waaromtrent maatregelen noodzakelijk zouden zijn. | Details | |||
27. | 21-11-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | Over diverse antwoorden van Landdrosten wordt rapport uitgebracht aan de Koning. | Details | |||
28. | 03-06-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | Gezien een Koninklijk Besluit van 28 mei 1809 nr. 37 waarbij de Minister wordt gelast inlichtingen in te winnen inzake de aard en de wijzigingen in het leenstel zoals dit tot aan 1795 of later in de Departementen heeft bestaan, met opgave van alle departementale publikaties inzake de afschaffing van het leenrecht en schadeloosstelling van de leenheren, en van projecten en adviezen die hierover voorhanden zijn, worden de Landdrosten aangeschreven. | Details | |||
29. | 11-12-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrosten van Amstelland en Gelderland worden gemaand. | Details | |||
30. | 26-06-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrosten van Amstelland dd. 7 juni 1809 nr. 17 (met tekening op rol), van Maasland dd. 6 april 1809 nr. 534, van Zeeland dd. 8 augustus 1808 nr. 548, van Utrecht dd. 5 januari 1808, van Gelderland dd. 18 november 1808, van Groningen dd. 7 oktober 1808 nr. 78 Littera G en 22 maart 1809 nr. 59 Littera M en van Oost-Friesland dd. 11 april 1809 Littera C doen naar aanleiding van de aanschrijving dd. 28 juli 1808 nr. 2 opgave inzake het tegengaan van de ontgronding van lage landen en aanmoediging om de hoge venen te ontgronden. Aan de Koning wordt voorgedragen om de zaak op te dragen aan de Minister van Waterstaat en de Minister van Eredienst en Binnenlandse Zaken gezamenlijk. | Details | |||
31. | 21-07-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | Bij Koninklijke Decisie van 15 juli 1809 nr. 13 wordt conform de voordracht van 26 juni 1809 nr. 12 gedisponeerd. Alle stukken vermeld in het verbaal van 26 juni 1809 nr. 12 gaan bij missive naar de Minister van Waterstaat. | Details | |||
32. | 30-08-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrost van Brabant antwoordt dd. 14 augustus 1809 Littera G inzake de ontgronding van veen. De originele relatieven worden bij missive opgezonden aan de Minister van Waterstaat. | Details | |||
33. | 19-10-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Minister van Waterstaat antwoordt dd. 24 augustus 1809 op de missive van 21 juli 1809 inzake de rapporten van de Landdrosten betreffende de verveningen. Hij verzoekt onder andere om bepaalde daarbij vermelde kaarten. De Minister van Waterstaat krijgt antwoord. | Details | |||
34. | 22-07-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrosten worden aangeschreven om opgave inzake de financiƫle administratie van kassen en administraties onder hun toezicht, die uit hoofde van de oorsprong of het gebruik van de gelden kunnen worden geacht te staan onder de superintendentie van het Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken. | Details | |||
35. | 01-11-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | Ingekomen missiven van de Landdrosten van Amstelland dd. 12 augustus 1809 nr. 14, van Maasland dd. 25 augustus 1809 nr. 1044, van Overijssel dd. 27 juli 1809 en van Drenthe dd. 7 augustus 1809 met mededeling dat aldaar geen kassen zijn die onder de superintendentie van het Ministerie behoren. Aangenomen voor kennisgeving. De Landdrosten van Zeeland, Brabant, Utrecht en Gelderland worden bij missive gemaand. | Details | |||
36. | 09-11-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrost van Groningen antwoordt dd. 11 augustus 1809 en bericht speciaal inzake de Ommelander kas. Aan hem wordt een missive gezonden. | Details | |||
37. | 11-11-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrost van Gelderland meldt dd. 4 november 1809 nr. 6 geen particuliere kassen onder zijn toezicht te hebben. Aangenomen voor kennisgeving. | Details | |||
38. | 10-11-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrost van Friesland schrijft dd. 22 augustus 1809 over een Fonds ter verbetering van de Franse Scholen te Leeuwarden. Een missive gaat uit naar de Directeur-Generaal van de Publieke Schatkist, met kopie van de relatieven. | Details | |||
39. | 28-08-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrosten worden aangeschreven om alsnog binnen de bepaalde termijn te voldoen aan de last, vervat in de art. 12 en 23 van de Wet op de Corporaties om alle herziene of nieuwe reglementen op de corporaties ter approbatie in te zenden, met lijsten van in elke gemeente bestaande corporaties. | Details | |||
40. | 05-09-1809 | Ministerie van Eredienst en Binnenlandse Zaken | De Landdrost van Amstelland meldt dd. 29 augustus 1809 nr. 1 de redenen van het oponthoud. Aangenomen voor kennisgeving. | Details |
De handleiding bevat een beknopte beschrijving van de gegevens.