Gevonden besluiten

Gevonden besluiten

Er zijn 618 besluiten gevonden die overeen komen met de opgegeven zoekcriteria:
  • Instelling: Ministerie van Binnenlandse Zaken
Vorige 20 documenten | Volgende 20 documenten | ga naar resultaat:
  Datum Instelling Omschrijving Details
341.  20-02-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Directeur-Generaal van de Publieke Schuld zendt dd. Utrecht 20 februari 1808 (op verzoek dd. 18 februari 1808 nr. 3 van de Minister van Binnenlandse Zaken) de originele lijst van pensioenen die het Ministerie van Binnenlandse Zaken betreffen. Deze wordt na genomen kopie teruggezonden met de mededeling dat de Minister van Binnenlandse Zaken daarop geen aanmerkingen heeft.  Details
342.  21-02-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Maasland meldt dd. Den Haag 19 februari 1808 nr. 156 onder andere wat inzake de collecte is verricht en doet voorstellen inzake de opslag van het geld.  Details
343.  21-02-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Gelderland zendt dd. Arnhem 19 februari 1808 een missive van de Magistraat van Zutphen met verslag van een tot wering van bedelarij gestichte wolspinnerij en -breierij. Van de bijlagen gaat bij missive nr. 81 kopie naar de Eerste Sectie uit de Staatsraad.  Details
344.  24-02-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Brabant dient de heden tot emeritus verklaarde schoolmeester Laurentius op de lijst te brengen.  Details
345.  01-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De schout van Ruwiel Corvershoofds Gerecht meldt dd. 25 februari 1808 het afbranden van een boerenwoning. De baljuw van de Nederveluwe meldt dd. Hattem 27 februari 1808 het afbranden van een huis in Apeldoorn.  Details
346.  03-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Commissie van Landbouw in Zuid-Holland doet [dd. 20 februari 1808] opgave. Commissoriaal aan J. Kops.  Details
347.  05-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Overijssel meldt dd. Zwolle 29 februari 1808 dat in zijn Departement geen commissies tot verbetering van de staat der armen en het weren van bedelarij aanwezig zijn. Hiervan wordt bij missive nr. 13 kennis gegeven aan de Eerste Sectie van de Staatsraad, die het rapport van de Commissie tot het Armwezen behandelt.  Details
348.  11-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Utrecht zendt dd. Utrecht 4 maart 1808 ingevolge de aanschrijving van 18 november 1807 nr. 8 een memorie van de stedelijke armencommissie te Utrecht inzake de armeninrichtingen in die stad en overwegingen inzake de oprichting van een departementaal werkhuis te Wijk bij Duurstede. Kopie gaat naar de Eerste Sectie van de Staatsraad die het rapport van de Commissie tot het Armenwezen behandelt.  Details
349.  11-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De door de Landdrost van Groningen dd. 7 maart 1808 nr. 10 Litt. B toegezonden statistieke tabellen gaan bij missive naar de Directeur-Generaal van de Publieke Schatkist. Het verzoek om teruggave van de onkosten van 300 gulden wordt in advies gehouden.  Details
350.  14-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken Ingekomen een Koninklijke Decisie van 9 maart 1808 nr. 25 naar aanleiding van een voordracht tot benoeming van een commissaris voor de gesubsidieerde gestichten te Amsterdam (21 februari 1808 nr. 1) waarin wordt gevraagd om een opgave van benoemingen die de Koning binnen Amsterdam behoort te doen. De Burgemeester van Amsterdam krijgt een aanschrijving.  Details
351.  15-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken Naar aanleiding van een Koninklijke Decisie dd. 9 maart 1808 nr. 36 met onder andere last de Directeur-Generaal van de Publieke Schuld alle gegevens omtrent pensioenen te zenden, worden a) alle Landdrosten aangeschreven om een volledige lijst van alle emeriti-predikanten en predikantsweduwen, met hun namen en woonplaatsen en de bedragen en b) de Landdrosten van Amstelland, Maasland, Zeeland en Groningen nader aangeschreven om opgaven inzake de gepensioneerde onderwijzers.  Details
352.  17-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrosten van Amstelland, Maasland, Brabant, Utrecht, Drenthe en Gelderland worden aangemaand.  Details
353.  28-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken Ingekomen zijn antwoorden dd. 23 maart 1808 nr. 12 van de Landdrost van Amstelland, dd. 2 maart 1808 van de Landdrost van Maasland, dd. 10 febuari 1808 nr. 7 van de Landdrost van Utrecht, dd. 14 maart 1808 van de Landdrost van Gelderland, dd. 17 februari 1808 van de Landdrost van Overijssel, dd. 18 februari 1808 van de Landdrost van Friesland, dd. 22 februari nr. 23 Letter Z van de Landdrost van Groningen en dd. 26 januari 1808 van de Landdrost van Drenthe. Een missive gaat naar de Koning. De Landdrosten van Zeeland en Brabant worden aangeschreven alsnog te antwoorden.  Details
354.  28-03-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Burgemeester van Amsterdam zendt dd. 24 maart 1808 een lijst van de publieke functionarissen, ambtenaren en gebeneficieerden. Een opgave van traktementen ontbreekt. De Burgemeesters van Gemeenten van de Eerste Klasse worden aangeschreven om bij het voldoen aan artikel 19 van het Reglement op het bestuur van de Gemeenten van de Eerste Klasse van 23 oktober 1807 de lijsten van stedelijke ambten mèt opgave van traktementen in te zenden. De Landdrosten worden hiervan geïnformeerd.  Details
355.  04-04-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Gelderland zendt dd. Arnhem 31 maart 1808 de statistieke tabellen van de Kwartieren van Nijmegen en Zutphen. De tabellen gaan bij missive naar de Directeur-Generaal van de Publieke Schatkist.  Details
356.  05-04-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Maasland meldt dd. Den Haag 1 april 1808 nr. 253 waarom hij de tabellen nog niet heeft ingezonden. Hij belooft dit te bespoedigen. Aangenomen voor kennisgeving.  Details
357.  14-04-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Utrecht zendt dd. 13 april 1808 de statistieke tabellen. Deze gaan bij missive naar de Directeur-Generaal van de Publieke Schatkist.  Details
358.  03-05-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Landdrost van Amstelland dd. Haarlem 23 maart 1808 Letter B nr. 13, de Landdrost van Maasland in vier missiven dd. Den Haag 5 maart 1808 nr. 190, 17 maart 1808 nr. 214, 22 maart 1808 nr. 230 en 6 april 1808 nr. 273, de Landdrost van Zeeland in twee missiven dd. Middelburg 18 maart 1808 nr. 170 en 25 maart 1808 nr. 181, de Landdrost van Brabant in drie missiven dd. Den Bosch 25 febr. 1808 Letter E, 5 maart 1808 1808 Letter AA en 12 april 1808 Letter D, de Landdrost van Utrecht in drie missiven dd. 24 februari 1808 nr. 13, 25 maart 1808 en 15 april 1808, de Landdrost van Gelderland dd. Arnhem 2 maart 1808, de Landdrost van Overijssel dd. Zwolle 24 februari 1808, de Landdrost van Friesland in drie missiven dd. Leeuwarden 23 februari 1808, 26 maart 1808 en 2 april 1808, de Landdrost van Groningen in drie missiven dd. 17 maart 1808 nr. 37 Letter B, 7 april 1808 nr. 97 Letter B en 16 april 1808 nr. 21 Letter C, en Landdrost van Drenthe in drie missiven dd. Assen 22 februari 1808, 23 maart 1808 en 2 april 1808 doen volledig of gedeeltelijk opgave van pensioenen van schoolmeesters, emeriti-predikanten en predikantsweduwen. De Landdrosten van Gelderland en Overijssel worden nader aangeschreven.  Details
359.  07-05-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken Aanschrijving 1) aan de Synoden van de Nederduitse Hervormde Kerken, 2) aan de Classes van de Nederduits Hervormde en de Synode van de Waalse Kerken, alsmede de Gecommitteerden ter behartiging van de belangen van de Remonstrantse Broederschap, 3) aan de Rooms-Katholieke kerkvoogden in het Koninkrijk, de Aartsbisschop van Utrecht en de Aartspriester van Gelderland, 4) aan de kerkeraden van de Engelse Episcopaalse Kerk te Amsterdam, van de Engelse en Schotse Presbyteriaanse kerken, van de Evangelische en Herstelde Lutherse en de Doopsgezinde gemeenten, van de Broedergemeente te Zeist, van de Armeense en Griekse christenen te Amsterdam en van het Genootschap Christo Sacrum te Delft, alsmede de Parnassim van de Hoogduitse en de Portugese Joodse gemeenten, en de kerkeraad van de Israëlitische Gemeente onder de zinspreuk Adath Jeschurun te Amsterdam, om vóór 1 juni 1808 de hierbij omschreven opgaven inzake de staat van de erediensten in te zenden. Hiermee vervalt de aanschrijving van 6 juni 1807 nr. 10.  Details
360.  08-05-1808 Ministerie van Binnenlandse Zaken De Inspecteur voor het Geneeskundige wordt aangeschreven om een gemotiveerd concept te leveren voor de introductie van algemene geboorte-, trouw- en sterfregisters.  Details

De handleiding bevat een beknopte beschrijving van de gegevens.