Instelling
Directoraat-Generaal van de Posterijen
Actief vanaf 01-01-1808 tot 01-04-1811
Het Directoraat-Generaal van de Posterijen verzorgde de brievenpost binnen het koninkrijk en de verzending naar het buitenland. Het rijk werd daartoe verdeeld in vijf arrondissementen met elk een inspecteur die toezicht hield op de postkantoren. De paardenpost trad officieel pas op 1 mei 1810 in werking.
De directeur-generaal van de posterijen werd bijgestaand door een raad van administratie met drie administrateurs en een secretaris-generaal. Hij viel wat de financiën betreft onder verantwoordelijkheid van de Minister van Financiën, voor het overige rechtstreeks onder die van de Koning. De directeur-generaal kon desgewenst de raad van administratie van de posterijen horen, maar was bevoegd zelf te beslissen. De in oktober 1807 benoemde administrateurs meenden echter dat de directeur-generaal alleen zou voorzitten en dat bij meerderheid van stemmen zou worden beslist. De Koning echter besloot op 5 november 1807 dat de volle verantwoordelijkheid berustte bij de directeur-generaal en dat bij verschil van mening de zijne de doorslag zou geven.
De generale secretarie had: a) een bureau van expeditie en b) een bureau, elk met twee commiezen en drie klerken.
De voornaamste bij deze instelling betrokken personen (links naar Repertorium applicatie):
- Bannier, Joan als secretaris-generaal
- Cramer, Adolph Hendrik als inspecteur-generaal
- Dedel, Pieter Samuel als inspecteur-generaal
- Eekhout, Zacharias Anne als administrateur-generaal
- Eekhout, Zacharias Anne als inspecteur-generaal
- Forsten, Jacobus Balthasar als inspecteur-generaal
- Hahn, Jacob George Hieronymus als administrateur-generaal
- Hoof, van der als administrateur-generaal
- Koopman, C.B. als administrateur-generaal
- Koopman, C.B. als inspecteur-generaal
- Lamsweerde, Gerardus Wilhelmus Josephus van als directeur-generaal
- Mulders, Gijsbertus Hermannus als inspecteur-generaal
- Pijman, Gerrit Jan als directeur-generaal
- Queysen, Willem als directeur-generaal
- Toulon, Lodewijk van als secretaris-generaal