31/12/1627, 17

 
English | Nederlands

31/12/1627, 17

17 HHM bespreken de betaling van de ongerepartieerde compagnieën ruiters en soldaten, die enkele maanden achterloopt.
Indien dat nog niet is gebeurd zal de RvS decharges doen depêcheren over vier maanden of zoveel meer als met het aflopen van 1627 tot betaling van deze compagnieën nodig is. De Raad zal ook de provincies aanschrijven, omdat de situatie van het land afdanking van deze compagnieën niet toelaat. Ook in 1628 moeten zij deze aanhouden en daarom de op hun provincie gerepartieerde traktementen betalen vanaf 1 jan. 1628. In de brief dient geen gewag te worden gemaakt van de repartitie die reeds heeft plaatsgevonden, wel moeten de compagnieën en de traktementen erin worden gespecificeerd die in de genoemde repartitie tot hun last zijn gesteld.
De gedeputeerden van Holland verklaren de ongerepartieerden voorlopig nog een jaar in dienst te willen houden, zonder deze echter vast te repartiëren. Daarbij dient de Raad maandelijks decharges te laten uitgaan en de compagnieën te assigneren op de provincies waarop zij zijn gerepartieerd om het in de decharges genoemde geld te ontvangen. Als voorwaarde stellen die van Holland dat de andere provincies zich hiervoor ook beijveren in verband met de voortzetting van de oorlog te water en voor 1628 instemmen met de verzochte twee miljoen voor de Admiraliteiten. Gebeurt dit niet, dan zal Holland het consent voor het onderhoud van de ongerepartieerden en anderen moeten besteden aan de verdediging van de vrije scheepvaart op zee.