8
HHM hebben de door agent
Mibassen ingediende declaratie onderzocht.
De eerste post, 200 gld. verstrekt aan de rekruten van kapitein
Villetard, wijzen zij af.
De tweede post, 136 gld. 17 st. op bevel van justitie betaald omdat de matrozen van kapitein
Tilman Claessen een bark op weg naar
Duinkerke hebben
genomen, is eveneens afgewezen. De bark is in
Calais
in
beslag genomen en op borgtocht gesteld. HHM verwijzen dit terug
naar het Admiraliteitscollege waartoe kapitein
Tilman behoort. Het College moet hem tevreden
stellen.
De derde post, 584 gld. 15 st. door Mibassen uitgegeven aan eten en drinken voor uit de gevangenis van Duinkerke gekomen matrozen, betalen HHM met nog 200 gld. voor zijn onkosten van overkomst uit en terugkeer naar Calais.
De 4.424 gld. die de
Admiraliteit te Enkhuizen
opnieuw van Mibassen eist, beweert hij aan de commies
Charlot te hebben betaald. Deze weigert dit terug te geven omdat
het
geld is voortgekomen uit een verbeurd verklaard schip1. Dat HHM het schip uit
gulheid hebben teruggegeven, zou hem niet mogen
benadelen.
Aangezien het schip niet als gift maar rechtmatig is teruggegeven, moet de 4.424 gld. worden terugbetaald.
29/02/1628, 8
1
Dit betreft het schip van
Jan
Ettersz.
uit Kopenhagen.