21
De RvS meldt in zijn brief d.d. 's-Gravenhage 18 dec. dat men nogmaals met
Burlamachi gesproken heeft en geprobeerd heeft hem ertoe te bewegen HHM
meteen 181.626 gld. 8 st. te betalen zonder deze schuld te laten
voldoen door het verkopen van het geschut dat af en toe uit
Engeland gestuurd zou worden. Dit zou te weinig
garantie geven voor HHM. Na verder overleg heeft men hem eindelijk
zover gekregen dat HHM of met geschut of met het geld dat de
verkoop
van het geschut oplevert, betaald zullen worden met preferentie
voor
alle anderen en in concurrentie met dezelfde termijnen en sommen
die
de
koningin van Bohemen zal
krijgen. Het geschut
moet zeker naar de Republiek komen om de juwelen van de
koning
van Groot-Brittanniƫ in te lossen, volgens een contract
tussen Burlamachi,
Latseur en
Calandrini in
Amsterdam
opgesteld.
De RvS heeft dit contract onderzocht en in het oorspronkelijke
overgenomen. De RvS meent dat deze zaak met Burlamachi vanwege zijn
kwaliteit
niet verder afgerond kan worden en dat zijn assignatie door Latseur
en
Calandrini geaccepteerd moet worden, zoals al in hun contract ten
profijte van Burlamachi is gebeurd. Wat betreft het bedrag van
25.185
gld., dat door de koning van Groot-Brittanniƫ op HHM wordt gekort
en
dat door commissaris
Hoogenhouck
zonder
lastgeving
van zijn vorst ten dienste van de
koning van
Denemarken is gebruikt, moeten HHM
Joachimi schrijven er zijn best
voor te doen dat
de
koning van Groot-Brittanniƫ deze aanspraak laat vallen omdat het
HHM
niet aangaat. Als men dit verkrijgt, stelt Burlamachi voor nog een
ander bedrag, namelijk 9.026 gld., dat in handen is van Joachimi,
te
laten betalen. Daarmee zou het bedrag van 181.626 gld. 8 st. zijn
voldaan. De RvS kan geen andere middelen bedenken waardoor HHM
sneller
en met meer zekerheid betaald worden.
De heren van
Holland verklaren dat hun
principalen
van
mening zijn dat Latseur en Calandrini de genoemde assignatie moeten
aannemen zonder te letten op het geschut en dat de RvS daartoe alle
mogelijke moeite moet doen. HHM laten het daarbij.