vorige (30-11-1921) | | volgende (9-12-1921) | kalender |
dagboekcahier 8 05/12/1921 maandag 5 december 1921 Sinterklaasavond! Een wel eigenaardige Sinterklaas: een rechercheur in de spreekkamer en een geheime politieagent al van vanmorgen zeven uur af voor de deur! Er is onlangs een bomaanslag op ’t huis van een der leden van ’t Hoog Militair Gerechtshof gepleegd, vlak bij ons in de buurt. Gelukkig liep alles goed af; alleen ’t huis was deerlijk beschadigd. Thans hebben de heeren communisten besloten om aan de ministers een surprise thuis te bezorgen. Een bus met faecaliën, waaronder een veer, zoodat de boel uit elkaar springt, als men ’t pak openmaakt. ’t Is echter mogelijk, dat ze ook minder vieze, maar meer gevaarlijke surprises zenden. Vandaar de voorzorgsmaatregelen. Ik hoop dat alles goed afloopt. ’t Is alleen jammer dat de huisgenooten ervan moeten weten. Ze maken zich echter nogal niet àl te ongerust, althans laten ze mij dat niet bemerken. In de Tweede Kamer loopen de zaken allerzonderlingst. Donderdag 1 december om één uur had de stemming plaats over de vijf moties. Ik wilde er eerst niet heen gaan. Van IJsselstein, De Visser en Heemskerk, ofschoon me volkomen toegevende, dat ik terecht boos was en excuses van de Kamer kon eischen, achtten ’t toch ongewenscht de zaak tot een openlijk conflict te laten komen; ze drongen er dus sterk op aan dat ik er tòch heen zou gaan. Daarbij kwam dat mij bekend werd dat verschillende kamerleden er bij den president op hadden aangedrongen om eenige verontschuldiging te maken en mij alsnog ’t woord te geven. Als hij dat van plan was, zou ’t gek zijn, wanneer ik afwezig was. En tenslotte: ’s avonds acht uur begon mijn begrooting: ik moest dus tòch ’s avonds in de Kamer komen. Ik ging dus. Koolen zei niets en liet kalm over de vijf moties stemmen. Ze werden alle verworpen. Toen stuurde hij mij ’n briefje om me te vragen, vóór heen te gaan even bij hem aan te loopen. Ik ging naar hem toe en hij zei: ‘Je ziet, ’t is goed geloopen, alle moties zijn verworpen. ’t Is jammer misschien dat ’t gisternamiddag zoo uitviel, maar je ziet: ’t resultaat is toch volgens je wenschen.’ Ruijs had me uitdrukkelijk verzekerd dat hij mijn briefje verkeerd had begrepen: hij meende dat ’t de bedoeling was, dat hij om zes uur precies moest eindigen. Enfin, die zaak is uit. ’s Avonds mijn begrooting. ’t Liep eerst gesmeerd tot om half elf Oud en Dresselhuys ’n motie voorstelden als bij König, alleen ’n beetje gewijzigd. Ik weigerde om mij te verbinden volgens die motie te zullen handelen, ook wanneer ze later verworpen zou worden. König had dit wel gedaan. (De strekking was: geen nieuwe ambtenaren te benoemen vooraleer de Staten-Generaal een beslissing hadden genomen over de voorstellen der bezuinigingscommissie). Ik zei: ’t is ’n motie van algemeene strekking, die ’t beleid van ’t geheele kabinet raakt, dus moet ze bij ’t algemeen debat gehouden worden. Inde irae. Ik hield voet bij stuk. Ketelaar, die gewoon dronken was, raasde en tierde, vooral toen ik zei dat die motie onbekookt was! ‘President, hij beleedigt de Kamer, hij zegt dat de Kamer onbekookt is!’ ‘Welnee’, zei Koolen, ‘niet de Kamer, zelfs niet de kamerleden, alleen: de motie!’ En Duys riep: ‘Kerel, je bent zelf van de kook!’ ’n Stichtelijk schouwspel! Maar ik hield voet bij stuk en ’t slot was dat ze toen voorstelden om de behandeling van hoofdstuk X-A te schorsen tot over de motie beslist zou zijn. Zoo kon ik kwart over elf reeds naar huis gaan! Vrijdag één uur kwam dit schorsingsvoorstel in stemming. De president stelde voor de motie te behandelen dinsdag één uur en dan ’s avonds mijn begrooting. Dit werd aangenomen en ’t schorsingsvoorstel ingetrokken. Vrijdag om vijf uur ministerraad tot ’s nachts twaalf uur met maar een uur pauze. We berichtten Koolen dat de regeering bezwaar had om dinsdag reeds deze motie apart te behandelen; ze hoorde thuis bij de algemeene beschouwingen. Ruijs zou dan ’s avonds met de Grondwetsherziening willen doorgaan. Ik ben benieuwd hoe dit morgen in de Tweede Kamer loopt! Daar kan ook nog wel ’n Sinterklaassurprise uit voortkomen! Zaterdag naar Amsterdam geweest: commissarisvergadering der Katholieke Illustratie. Om zes uur ’n fijn diner bij La Réserve ter viering van ’t veertigjarig in dienst der maatschappij zijn van onzen directeur. Gisteren naar Leiden geweest: koperen bruiloft van mr. Tepe. ’t Is druk! |
uit: Dagboek VIII (4 december 1920 tot 5 april 1923) |