Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
D00030
24-11-1960
Actoren
Aantekening
Samenvatting
Voorstellen der Europese Commissie voor de versnelde uitvoering van het EEG-verdrag t.g.v. de geassocieerde landen en gebieden. Voorstellen hebben in de eerste plaats betrekking op door de EEG te nemen tariefs- en contingentsmaatregelen. Daarnaast wordt voorgesteld een betere werkwijze van het ontwikkelingsfonds van de EEG voor geassocieerde landen te bestuderen, bij de vaststelling van het gemeenschappelijk landbouwbeleid rekening te houden met een aantal exportproducten van de geassocieerde landen, en in beginsel te besluiten tot bijdragen in de stabilisatiekassen voor bepaalde exportproducten van geassocieerde landen. Van Nederlandse zijde zijn er bedenkingen. Deels zijn dat de al eerder geuite bezwaren tegen automatische voortzetting associatie Afrikaanse landen, anderszijds wordt nu een aantal specifieke punten benadrukt (kwantitatieve afnameverplichtingen, kunstmatig hoog houden van grondstoffenprijzen. Afgezien van het herbezien van de werkwijze van het EEG-fonds kan Nederland niet akkoord gaan met voorstellen (stabilisatie van grondstoffenprijzen dient te gebeuren in mondiaal verband, preferentie-regelingen dienen bezien te worden in een algemene Afrika-politiek van de EEG welke nog niet is bepaald,...). Nederland kan eventueel wel akkoord gaan met voorlopig toepassen van versnellingsbepalingen op voorwaarde dat na 1962 de positie open moet zijn. Bijlage: samenvatting van het versnellingsvoorstel m.b.t. PTOM (Pays et les Territoires d’Outre-Mer).

N.B. Op 6/12 door Luns naar ministerraad gestuurd.