Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
G01042
09-04-1951
Samenvatting
Inzake de bemiddeling van de secretaris-generaal van de Raad van Europa bij het landbouwplan heeft Van Boetzelaer duidelijk gemaakt dat Nederland niet het standpunt heeft ingenomen dat de Landbouwpool per sé buiten de Raad van Europa ware te behandelen. Seydoux meende echter dat het uitermate geschikt was voor behandeling i.h.k.v. de Raad en dat daarom op aandringen van Mollet deze weg was gekozen. Dit was - aldus Mollet - eindelijk een onderwerp, dat inhoud had en dat ertoe zou kunnen bijdragen dat het bestaan van de Raad van Europa tot recht kon doen komen.
Van Boetzelaer heeft te kennen gegeven dat Stikker geen principieel bezwaar heeft om i.h.k.v. de Raad van Europa de conferentie bijeen te roepen. Dit diende wel door het Comité van Ministers te gebeuren.