L00263
25-09-1964
Actoren
Notulen REZ
Samenvatting
2. Het gemeenschappelijk vervoerbeleid in de EEG
(Brief van Keyzer 23-09-1964, nr. 24988 en brief van Luns 24-09-1964, nr. 141427)
De REZ discussieert over de nota waarin aandacht wordt gegeven aan de positie van het Nederlandse vervoer in het kader van de EEG. De grootste belangen voor Nederland liggen op het terrein van de Rijnvaart. De discussie concentreert zich op de vraag of, hoe en wanneer Nederland met voorstellen dient te komen. Marijnen waarschuwt dat de ervaring heeft geleerd dat de EEG-commissie gemakkelijk met voorstellen komt, maar tijdens de vergadering van de EEG-raad ook gemakkelijk met nieuwe voorstellen komt. Nederland moet in zo'n situatie dus voorzichtig opereren. Andriessen wijst erop dat de vervoerszaak in de EEG op 1 januari 1966 geregeld moet zijn. Hij voorziet een "nare marathon".
(Brief van Keyzer 23-09-1964, nr. 24988 en brief van Luns 24-09-1964, nr. 141427)
De REZ discussieert over de nota waarin aandacht wordt gegeven aan de positie van het Nederlandse vervoer in het kader van de EEG. De grootste belangen voor Nederland liggen op het terrein van de Rijnvaart. De discussie concentreert zich op de vraag of, hoe en wanneer Nederland met voorstellen dient te komen. Marijnen waarschuwt dat de ervaring heeft geleerd dat de EEG-commissie gemakkelijk met voorstellen komt, maar tijdens de vergadering van de EEG-raad ook gemakkelijk met nieuwe voorstellen komt. Nederland moet in zo'n situatie dus voorzichtig opereren. Andriessen wijst erop dat de vervoerszaak in de EEG op 1 januari 1966 geregeld moet zijn. Hij voorziet een "nare marathon".