Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00591
02-01-1953
Samenvatting
Fock heeft een ontwerp gemaakt voor een nota waarin de Nederlandse gedachten over economische integratie uiteen worden gezet. De nota zal aan de andere vijf landen moeten worden aangeboden. Fock heeft het voor commentaar naar Drees gestuurd, Drees heeft het met interesse gelezen en is het met Fock eens dat een senaat binnen de EPG overbodig is.
Bij lezing van de voorstellen van de Constitutionele Commissie van de Assemblee Ad Hoc, meent Fock dat de bevoegdheden vooral liggen op het werkterrein van andere organen (KSG en EDG). Een huis waarvan alleen het geraamte is gebouwd, maar niet de muren, is onbewoonbaar. Voorts bespeekt hij de beoogde organen van de EPG, waarbij de bezwaren tegen directe verkiezingen benadrukt worden.
Conclusie: de voorgestelde EPG is niet de voorbereiding van een federatieve structuur, doch van een unitaristische staatsvorm.