Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00921
29-09-1955
Actoren
Memorandum
Samenvatting
1979. Van der Beugel werd gebeld door Snoy, die meldde dat de besprekingen in de Commissie voor de Gemeenschappelijke Markt nogal hopeloos waren geweest. De Fransen zijn met zware eisen gekomen inzake sociale harmonisatie. Snoy heeft zijn delegatie instructie gegeven de besprekingen op te schorten tot de bijeenkomst van het Comité Directeur. Hij vroeg of Nederland hetzelfde zou doen.
Na een telefoontje van Linthorst Homan heeft hij Snoy een brief geschreven waarin wordt gesteld dat de Franse voorstellen ook door Nederland in deze vorm niet kunnen worden geaccepteerd.
Van der Beugel is verheugd dat nu ook de Belgen geprikkeld zijn door het feit, dat de Fransen enerzijds zeer hoge eisen stellen en anderzijds institutioneel niets willen doen. De Belgen deelden het Nederlandse standpunt dat we hard moeten blijven op het punt van een redelijke institutionele opzet. Bovendien waren NL en België het eens dat het studiekarakter van de conferentie zo lang mogelijk moet worden gehandhaafd.
Homan was deze morgen zo somber, dat hij ernstig ging twijfelen aan de mogelijkheid om tot een verdrag te komen.