Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
Raadgevend Comité vrij verkeer van werknemers; infiltratie van communisten in de EEG-organen.
Roolvink meldt dat de Franse regering voorstelt voor het nieuwe mandaat van het Comité een vertegenwoordiger van de vakbond CGT voor te dragen. De vraag is nu of de ministerraad wil meewerken aan de benoeming van een communist. Juridisch is het niet wel mogelijk zich hiertegen te verzetten. De Raad streeft bij de samenstelling van het comité naar een billijke vertegenwoordiging van de verschillende sectoren van het bedrijfsleven. Wat billijk is, is uitsluitend ter beoordeling van de betrokken regering. De Nederlandse vakcentrales zijn geneigd hun oordeel afhankelijk te stellen van dat van hun zusterorganisaties in Frankrijk.
Roolvink meent echter dat de zaak behalve een juridische ook een politieke kant heeft. Dit omdat hier de democratische grondslagen van de EG in het geding zijn. Op de tweede plaats zou benoeming van een communist tot een vergaand precedent kunnen leiden. Mede gezien deze precedentswerking meent Roolvink dat de Nederlandse regering niet dient mee te werken aan benoeming van een CGT-vertegenwoodiger in het Raadgevend Comité. Deze afwijzing zou tot uitdrukking gebracht kunnen worden door een stemonthouding of tegenstemmen. Zelf neigt Roolvink tot tegenstemmen.