Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S01494
21-03-1958
Actoren
Samenvatting
Samenvatting
Korte samenvatting van de resultaten van de discussies in de werkgroep van de zes voor de vrijhandelszone op 20 en 21 maart 1958 m.b.t. de landbouw.
1) Nederland wil de doelstelling van de vrijmaking beter in de doeleinden incorporeren dan in de nota-Maudling is geschied, waarbij de vrijmaking als middel wordt beschouwd. Bovendien streeft Nederland naar een scherpere formulering van de doelstellingen De andere EEG-landen willen de doelstellingen van het EEG-verdrag overnemen. Dit gaat Nederland niet ver genoeg. Het uitgangspunt van de gemeenschappelijke markt voor de landbouw zou echter in de ontwerp-overeenkomst voor de vrijnandelszone ontbreken. De vraag is of Nederland moet vasthouden aan handhaving van de doelstelling van vrijmaking.
3) Nederland neemt genoegen met een confrontatieprocedure op grond waarvan schadelijke praktijken kunnen worden aangepakt.
4.1) Nederland wenst tariefafbraak volgens de normale procedure. Onder bepaalde voorwaarden kan Engeland hiervan dispensatie krijgen voor producten, waarbij het Gemenebest groot belang heeft.
4.2) Nederland, België en Italië wensen een verruiming van de contingenten overeenkomstig het systeem en het tempo in de industriële sector.
5) Nederland is met Italië tegen invoering van minimumprijzen.