Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S02680
07-11-1973
Samenvatting
Conclusies Coördinatiecommissie, 7 november 1973.
Conjunctuurraad 9 nov. Tweede etappe EMU.
De CoCo meent dat de problemen rond de overgang naar de 2e etappe met grote omzichtigheid moeten worden behandeld. De Ned. Delegatie moet zich beperken tot het stellen van indringende en kritische vragen teneinde inzicht te krijgen in de gedachten van de Commissie. Voor het overige moet de Nederlandse positie worden gehandhaafd. Verwezen wordt naar de bijlage "Beoordeling van de voorstellen van de Europese Commissie voor de Tweede Etappe van de Economische en Monetaire Unie". Hierin is de beoordeling of met een 2e etappe kan worden ingestemd, buiten beschouwing gelaten. Nederland heeft zich tot dusverre op het standpunt gesteld dat de eerste etappe per 1-1-1974 met één jaar moet worden verlengd.
Een algemene voorwaarde voor een tweede etappe is dat het parellisme tussen beleidscoördinatie en monetaire maatregelen nauwkeurig in acht wordt genomen. Tijdens de eerste etappe is op het gebied van coördinatie van de economische politiek nauwelijks iets tot stand gekomen. Tijdens de tweede etappe zal daarom voortgang met de beleidscoördinatie moeten worden gerealiseerd voordat verdere monetaire maatregelen worden genomen. Voor die fase zijn institutionele voorzieningen en effectieve democratische controle vereist.