S03209
27-07-1976
Actoren
Memorandum
Samenvatting
757. Rechtstreekse verkiezingen Europees Parlement.
Behalve de zetelverdeling is het rechtskarakter dat aan de bepalingen inzake rechtstreekse verkiezingen van het Europees Parlement moet worden gegeven, een punt van discussie. Artikel 138, lid 3 van het EEG-verdrag laat in het midden of een Raadsbesluit nodig is of dat het aan de grondwettelijke bepalingen van de lidstaten moet worden onderworpen. DIE concludeert dat er geen termen aanwezig zijn om het Raadsbesluit krachtens artikel 60 van de Grondwet aan parlementaire goedkeuring te onderwerpen. Hij stelt wel voor om het aan het parlement toe te zenden en de bereidheid uit te spreken om afzonderlijk of bij gelegenheid van wijziging van de Kieswet met het parlement van gedachten te wisselen.
Behalve de zetelverdeling is het rechtskarakter dat aan de bepalingen inzake rechtstreekse verkiezingen van het Europees Parlement moet worden gegeven, een punt van discussie. Artikel 138, lid 3 van het EEG-verdrag laat in het midden of een Raadsbesluit nodig is of dat het aan de grondwettelijke bepalingen van de lidstaten moet worden onderworpen. DIE concludeert dat er geen termen aanwezig zijn om het Raadsbesluit krachtens artikel 60 van de Grondwet aan parlementaire goedkeuring te onderwerpen. Hij stelt wel voor om het aan het parlement toe te zenden en de bereidheid uit te spreken om afzonderlijk of bij gelegenheid van wijziging van de Kieswet met het parlement van gedachten te wisselen.