Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
3b. Voorbereiding Algemene Raad van 26 en 27 oktober 1981: mandaatsproblematiek.
Blijkens een op 20 oktober ontvangen Brits memorandum wil het Britse voorzitterschap 3 vragen aan de Raad voorleggen. Van den Broek gaat verolgens in op de drie volets van de mandaatsproblematiek, t.w. de ontwikkeling van het gemeenschapsbeleid, anders dan het landbouwbeleid, het gemeenschappelijk landbouwbeleid en de EG-begrotingsproblematiek. Het Nederlandse standpunt is neergelegd in de REZ-nota van 6 maart en de ministerraadsnota van 1 september 1981.Uitgangspunt is dat de 3 volets in hun samenhang worden besproken en de discussie wordt teruggeleid tot de puur budgettaire problematiek. De begrotingsproblematiek moet worden bekeken in samenhang met de beide andere volets, waarbij een zekere compensatie aan het VK niet moet worden uitgesloten.
Van der Stee kan de teneur van de conclusies van de CoCo wel onderschrijven. Volgens hem is een van de redenen van het gebrekkig functioneren van de Gemeenschap niet zozeer gelegen in de uiteenlopende vormen van economisch beleid maar wel in de uiteenlopende richtingen daarvan.
T.a.v. de Duitse verlangens tot plafonnering van hun bijdrage merkt spreker op dat hij niet bereid is tot compensatie aan het rijkste land van de Gemeenschap. Van der Stoel wil zich ook tegen de Duitse verlangens verzetten.
Volgens Den Uyl is de beste methode niet een botte weigering, maar het afleiden van de aandacht naar andere terreinen. De BRD heeft de budgetproblematiek gekoppeld aan het GLB en daar moet dan ook de aandacht op worden gericht.