Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S03429
25-11-1983
Samenvatting
Landbouwschap aan premier Lubbers.
Tijdens de Europese Raad te Athene zullen enkele besluiten moeten worden genomen die voor de toekomst van de EG en voor de Nederlandse landbouw van uitzonderlijke betekenis zijn. Volgens het Landbouwschap moet worden besloten tot uitbreiding van de eigen middelen van de EG. Alleen op deze wijze is de Gemeenschap in staat ook buiten de landbouw een krachtig sociaal-economisch beleid te ontwikkelen. Verder dient de beheersing van de uitgaven van het EG-landbouwbeleid betrekking te hebben op alle daarvoor in aanmerking komende producten. Het is niet aanvaardbaar om alleen voor de voor Nederland zo belangrijke zuivelproductie ingrijpende maatrelen te treffen terwijl voor andere producten wordt volstaan met een weinig verplichtend voornemen tot kostenbesparing. Invoering van quotering in het prijsbeleid voor zuivel zal op zichzelf al een grote druk op de inkomensvorming van de melkveehouders leggen, dat het niet verantwoord is deze maatregel te combineren met bevriezing of daling van de melkprijs.
Hoewel aanvaarding in de EG van een extra heffing op z.g. intensieve producties niet waarschijnlijk zou zijn, wordt deze heffing in de voorbereidende stukken nog genoemd. Het Landbouwschap vertrouwt erop dat deze voor de Nederlandse regering onvaardbaar geachte straf op efficiƫnt producerende bedrijven zal worden afgewezen.
Zie ook