Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S03536
17-6-1985
Actoren
memorandum en aantekening
Samenvatting
351(110) Aantekening inzake follow-up Dooge Rapport - institutioneel.
Het belangrijkste beslispunt is of Nederland in Milaan bereid is te onderhandelen over het institutionaliseren van een zo moeizaam mogelijke procedure voor het inroepen van een vitaal belang, 'ook al krijgen wij geen formele verdragswijzigingen met betrekking tot meerderheidsbesluitvorming?' Daarbij bestaan er twee contrasterende overwegingen 1) Het regelen van die procedure maakt het inroepen van het vitaal belang tot een natuurlijke zaak en doet als zodanig afbreuk aan het integratiemodel, 2) Aangezien het ondenkbaar is dat het akkoord van Luxemburg ooit zal verdwijnen ware het beter om het verzet op te geven en zich te richten op het bewerkstelligen van een zo bezwarend mogelijke procedure. De balans lijkt door te slaan bij de eerste overweging; niet bereid tonen tot onderhandelingen over een procedure voor het vitaal belang. De reden hiervoor is dat het niet te verwachten valt dat de besluitvorming in Milaan veel inhoud zal bieden. Er valt voor Nederland geen duidelijke winst inzake verbetering van de procedure te halen. Nu ook de BRD het vitaal belang heeft ingeroepen is het zeer onwaarschijnlijk dat Nederland voldoende medestanders zal krijgen voor een waarlijk bezwarende procedure voor het inroepen van het vitaal belang. In feite staan alleen Italiƫ en Belgiƫ aan de kant van Nederland.