D00286
11-1959
Actors
Aantekening
Summary
Discussiepunten voor Luns, in te brengen bij bijeenkomst van ministers van Buitenlandse Zaken, nov. 1959.
T.a.v. benoeming voorzitters en vice-voorzitters van de diverse Commissies, wordt Luns geadviseerd accoord te gaan met de huidige kandidaten, maar vervolgens aan te dringen op een routlatieschema voor deze posten.
Daarnaast zal het Rapport-Wigny op de agenda staan. Dit heeft betrekking op de ontwikkelingshulp door de EEG , maar gaat ook over diverse onderwerpen die raken aan het Europees parlement, zoals directe verkiezingen, verhouding tot de HA, organisatie van de werkzaamheden van de Raad van Ministers, samenwerking op monetair en financieel gebied, samenwerken met derde landen in Europa op politiek, cultureel en wetenschappelijk gebied. Luns wordt geadviseerd aan de rem te trekken: hier worden teveel onderwerpen bijeen geveegd in één rapport. Daarvoor dient meer tijd ter beraadslaging te worden genomen. Wat betreft het EEG-beleid t.a.v. onderontwikkelde landen, wordt Luns aangeraden dit primair op basis van handelspolitieke overwegingen in te doen richten.
Ter voorbereiding van de vergaderingen van de raad van Ministers, wordt Luns bovendien nog aangeraden de consultaties toch vooral in Brussel te doen plaats vinden, teneinde reiskosten voor de permanent vertegenwoordigingen te beperken.
Bijlage: Franstalige samenvatting van het rapport van Wigny en pella, verzorgd door het Bureau van de Europese Gemeenschappen.
T.a.v. benoeming voorzitters en vice-voorzitters van de diverse Commissies, wordt Luns geadviseerd accoord te gaan met de huidige kandidaten, maar vervolgens aan te dringen op een routlatieschema voor deze posten.
Daarnaast zal het Rapport-Wigny op de agenda staan. Dit heeft betrekking op de ontwikkelingshulp door de EEG , maar gaat ook over diverse onderwerpen die raken aan het Europees parlement, zoals directe verkiezingen, verhouding tot de HA, organisatie van de werkzaamheden van de Raad van Ministers, samenwerking op monetair en financieel gebied, samenwerken met derde landen in Europa op politiek, cultureel en wetenschappelijk gebied. Luns wordt geadviseerd aan de rem te trekken: hier worden teveel onderwerpen bijeen geveegd in één rapport. Daarvoor dient meer tijd ter beraadslaging te worden genomen. Wat betreft het EEG-beleid t.a.v. onderontwikkelde landen, wordt Luns aangeraden dit primair op basis van handelspolitieke overwegingen in te doen richten.
Ter voorbereiding van de vergaderingen van de raad van Ministers, wordt Luns bovendien nog aangeraden de consultaties toch vooral in Brussel te doen plaats vinden, teneinde reiskosten voor de permanent vertegenwoordigingen te beperken.
Bijlage: Franstalige samenvatting van het rapport van Wigny en pella, verzorgd door het Bureau van de Europese Gemeenschappen.
Keywords
Persons