Codicologische beschrijving

 
English | Nederlands

AGH 324 – Groot register Friesland – FR-G

EL 10 – LRK 9 – Van Riemsdijk 10 – Kruisheer p. 95-96

Perkament, van middelmatige tot slechte kwaliteit (enkele bladen vertonen gaten en/of genaaide scheuren), ca. 37,5 x ca. 28 cm.

30 bladen, gefolieerd 1-28 (contemporaine hand). Hiervan onbeschreven f. 7v onder, 8v, 12v, 28r onder, 28v-[29]v, [30]v. Op het oorspronkelijk lege f. 8r schreef een hand uit de tweede helft van de 15e eeuw twee oorkonden in. Op het oorspronkelijk eveneens lege f. [30]r schreef een hand uit diezelfde periode een lijst van bedeopbrengsten.

Deze laatste scribent vervaardigde in een afzonderlijk papieren katern een inhoudsopgave van het register, welk katern voor in het register is ingebonden (tussen f. [ii] en f. 1). In deze inhoudsopgave zijn de bovengenoemde toevoegingen op f. 8r door hem later in de ondermarge van f. [2]v bijgeschreven, waaruit blijkt dat de beide 15e-eeuwse handen ongeveer gelijktijdig werkzaam waren. Dit ongefolieerde katern meet ca. 30 x 22 cm; opschrift (f. [1]r): ‘Inventarijs van tboeck dair buyten up gescreven staet mit groten letteren Vrieslant EL 10’.

In het register zijn de ingeschreven teksten door een contemporaine hand genummerd met romeinse cijfers I-CXLVIII. Een 15e-eeuwse hand heeft de meeste oorkonden voorzien van een opschrift; dezelfde hand schreef een notitie op een los inliggend stukje papier (tussen f. 11v en 12).

Katernopbouw: [i] + [ii] + I(1-8) + II(9-12) + III(13-16) + IV (17-24) + V(25-[30]) + [iii] + [iv].

Folia [i]-[ii] en [iii]-[iv] zijn de papieren schutbladen.

De band en de schutbladen [i]-[ii] en [iii]-[iv] zijn niet-contemporain. Het schutblad [iv] is vastgeplakt aan de rug van het laatste katern. Rechtsboven op de band de aantekening Ch. B. (19e eeuw, evenals de notities op de rug en op f. [i]); op de rug: 1316 tot 1337 / EL 10 / Cas C; beneden (modern) 9. Op f. [i]r het opschrift: EL 10. Cas C. / Vrieslant. / Inventaris van Cornelis Oem Folio 15.

Liniëring (deels vaag):

f. 1r, 2v-3r, 4v-5r, 6v-7r, 8v: niet.

f. 1v-2r, 3v-4r, 5v-6r, 7v-8r (dus om en om met de ongelinieerde bladopeningen): zijmarges en bovenmarge dubbel afgelijnd met doorgetrokken lijnen, ondermarge met enkele lijn; 10 schrijflijnen (met ca. 2,5 cm tussenruimte) doorlopend getrokken (patroon K).

f. 9r-12v: zijmarges, gevouwen (patroon L).

f. 13r-16v: zijmarges dubbel afgelijnd met doorgetrokken lijnen, schrijflijnen doorlopend, getrokken m.b.v. prikkings (patroon D).

f. 17r-24v: zijmarges en boven- en ondermarges met doorgetrokken enkele lijnen (patroon M); f. 19v-20r idem, met onder een dubbele lijn (patroon N).

f. 25r-28r, 29v: zijmarges en boven- en ondermarges met doorgetrokken dubbele lijnen; drie doorgetrokken enkele schrijflijnen (tussenruimtes, van boven naar beneden: resp. ca. 7, 7, 6 en 5 cm) (patroon O).

f. 28v-[29]r, [30]r-[30]v: niet.

Inhoud:

katern folia inhoud hand(en) tijd van ontstaan
  f. 1r-7v 1317 jan.-1321 okt. 3A 1324 mei-sept.
  nrs. 1-22 (met retroacta)   naar verloren register [A]
I        
  f. 8r 1330 juni   2e helft 15e eeuw
  nrs. 23-24     naar ‘EL 14 f. 8’.
         
II f. 9r-12r [ws. 1320 ca. mrt.] 3A 1324 mei-sept.
  nrs. 25-28     naar verloren register [B]
         
III f. 13r-16v 1322 apr.-1324 mrt. 3B2 1325 aug.-1331 juli
  nrs. 29-52 (met retroacta)   naar verloren register [C]
         
IV f. 17r-24v 1324 apr.-1331 juli 3O na 1331 juli, wrs. vóór 1336 mrt.
  nrs. 53-125 (met retroacta)   naar FR-K
         
  f. 24v-28r 1332 juli-1336 sept. 3D na 1336 aug., wrs. vóór ca. 1340
  nrs. 126-151 (met retroactum)   naar FR-K
V        
  f. [30]r [1324-1356 jan. 27]   2e helft 15e eeuw
  nr. 151a     naar verloren losse notitie

Uit de opbouw van de eerste drie katerns van dit register kan worden opgemaakt dat de oorspronkelijke primaire registratie van Friesland over de jaren 1317 januari-1324 maart, die verloren is gegaan, bestaan zal hebben uit drie afzonderlijke registertjes: [A], over de periode januari 1317-oktober 1321; [C], over de periode april 1322-maart 1324; en [B], een katern met de registratie van de handelingen van de grafelijke Raad in Friesland in het vroege voorjaar van 1320, welk laatste in het oorspronkelijke register blijkbaar tussen de twee voornoemde registraties was ingebonden.

De kopie naar FR-K, het primare afschrift voor de periode april 1324-september 1336, is in twee fasen tot stand gekomen, met de activiteiten van de elkaar waarschijnlijk niet direct aflossende scribenten 3O en 3D. Hoewel hand 3O op de laatste bladzijde van katern IV ophield met zijn arbeid, vormt deze eenheid toch een doorlopend geheel met het volgende katern V: hand 3D begon op genoemd laatste blad van IV en schreef op het eerste van V door, terwijl V ook niet een apart opschrift draagt (zoals wel het geval is met katern IV, bovenaan f. 17r). Tijdens het werk waren de katernen nog wel losliggend, getuige de custode onderaan het laatste blad van IV.

Ook hand 3D schreef zijn gedeelte niet in één trek. Op f. 27v is een duidelijke schriftbreuk te onderscheiden tussen nrs. 145 en 146, en hier ook de notite Concordatus est. Op de corresponderende plaats in de legger, FR-K, blijkt zich hier een katerngrens voor te doen, en ook hier (door hand 3D) dezelfde aantekening Concordatus est.

De twee latere toevoegingen op de oorspronkelijk onbeschreven f. 8r en [30]r, beide stammend uit de tweede helft van de 15e eeuw, staan los van de primaire registratie uit de jaren 1317-1336 in FR-K: zij worden daarin niet aangetroffen.