Jan Berthout, heer van Helmond, door heer Floris Berthout aangesteld als procurator, verklaart ten behoeve van heer Floris van graaf Willem III de oorkonde te hebben ontvangen betreffende de zekerheid met betrekking tot de koop van Mechelen.
Een kruis tussen het opschrift en de tekst.
Zie de opmerking bij nr. CA 36.
Onderstaande tekst is uitgegeven naar A. Hetgeen daar onleesbaar is geworden vanwege de slechte staat van het papier, is tussen rechte haken aangevuld naar het afschrift B.
[***] a donné [***] qui [........] de[***] p[e]l[e]g[e]rie de Malines.a
[b Allen den] ghoenen die desen briefc zullen zien jof horen l[es]end, Jan Ba[r]thoute here va[n] H[elmo]nt salut [ende kennesse der wareit]. Wi maken [ju] cont dat wi van eenen hoeghen endef machtig[h]en princen, h[eren Willaemg grave] va[n Henegou]wenh, van Hollandi etc., ontfaen h[e]bben de lettren van der borghtuchte die de grave [vors. gheloft hadde] enen edelen man heren F[lo]rensj Barthoutk, onsen lieven here, alse van den c[oepe van Machelen en]de datter [toe] behoert, van w[e]lker lettre tontfaenne wi machtich ghemaect war[en van] h[eren] F[lore]ns weg[hen, o]ns her[e]n vors[eit], ove[r mids] l[ett]ren van procuratien ende van machte d[ie] wi [van hem] h[e]bben met zinen groete zeg[l]e beze[g]l[et], den welke [wi] den grave vorseit delivreirtl hebb[en]. Ende [want] de grave vorseit [on]sm de lettre van der b[o]rghtucht v[ors.] ghegh[ev]en ende delivreirtn heift tot her[en] Florens behouf, zo kennen wi dat van dier lettren van der borght[uc]ht vorseit de voernomd[e grave] ons [g]henouch ghedaen heift tote heren Florens behouf vorseit, ende schelden daer af quite van d[e]so heren Florens weghen dicken voernomt.
In oerconden desen brieve et[c]. Ghegheven int jaer ons Heren M CCC ende zestiene, op den vierden [dac]h van meye.