Registers van de Hollandse grafelijkheid 1299-1345

 
English | Nederlands
B FR_G_X004v_010_1 FR_G_X005r_010_2 C FR_K_X004v_010_1

A: Primaire registratie, niet voorhanden.
B: AGH 324 (groot register Friesland), f. 4v-5r, nr. 10 (wrs. 1324 mei 13-sept., naar A).
Opschrift:

Een seggen gedaen bij grave Jan van Henegouwen twusschen de grave van Hollanta ende den Westvriesen.

Aan het einde van de tekst: Hec littera est apud Quarcetum. – In de linkermarge, ter hoogte van de bepaling over Vronen, de aantekening: Nota. De reservacie van tVroen.

C: AGH 325 (klein register Friesland), f. 4v, nr. 10 (wrs. 1336 mrt. 14-ca. 1340 mrt., naar B).
Opschrift:

Seggen vander rebellicheyt vanden Westvriesen.

Aan het einde van de tekst: Hec littera est apud Quarcetum.

Editie/regest: OHZ V, p. 1114-1116, nr. 3530.

Zie de editie in OHZ, ook over de juiste datering (die in het register, 1298 november 7, is kennelijk corrupt).

Dezelfde oorkonde is later in de registers Friesland nogmaals afgeschreven: zie nr. FR 124.

De onderhavige tekst zal in het verloren register A zijn opgetekend tussen maart 1319 en mei 1320, tussen nrs. FR 9 en FR 12.

a
Holl’t B.
Oorkonder: Jan van Avesnes, graaf van Henegouwen
Destinataris: graaf Jan I van Holland, de West-Friezen