Graaf Willem III beleent Folker Ievenz. van Medemblik met een rente van 3 pond Hollands per jaar, uit te keren door de baljuw van Medemblik, waarvoor Folker wanneer hij daartoe wordt gemaand op het kasteel zal komen.
Volkairt Yeven z. van Medenblic leen. Het opschrift in de marge, vanwege plaatsgebrek boven de tekst.
Zie ook de voorafgaande oorkonde nr. FR 127 in het register.
Wi Willema grave etc. maken cond etc. dat wi ghegheven hebben ende gheven mid desen brieve Volkardb Yevenc sone van Medenblic drie pond Hollandsd sjairs in rechten liene van ons te houden, ende ombieden onsene baliu van Medenblic die nu es jof namails wesen sal dat hi hem alle jare dese drie pond betale te Payschen; ende hier bi sal hi altoes ghereet wesen op onsen huse te comen ende trouwelike dair op te bliven soe wilke tijd dat hijs vermaent word van onsen weghen van onsen baliu voirscreven.
In orkonde etc. Ghegheven in die Haghe op sente Laurens avond int jair ons Heren Mo CCCo XXXIIo.