Graaf Willem IV kent de dichter Willem van Delft jaarlijks een paar kleren toe, 'gevoerd naar diens stand', alsmede een jaarrente van 5 pond Hollands, alles uit te keren door de baljuw van Kennemerland en (West-)Friesland.
Willema van Delf den dichter.
Een streep door het begin van de tekst.
Willaem ..grave van Heynnegouwenb etc. ombieden u heren Jane van Polanen, onsen bailiu van Kenemerlandc ende van Vrieslandd, jof soe wie onse bailiu aldair namaels wesen sal, dat ghi van onsen weghen alle jare uytreket ende betailt Willaeme van Delf den dichter, die wi hem ghegheven hebben toit onsen wedersegghen, een pair clederen mitten voeder na sinen stane, dair die termijn of wesen sal alle jare te Kersavondef, ende vijf pond Hollandsg tsyaers te Paeschen dairnaest comende, sonder anders enich ghebot van ons te hebben; ende soe wat die cledere ende voeder jairlixe costen mitten ghelde voirscreven soe neemt van hem enen brief van quitancien, voir ons mede te rekenen, ende met diere quitancie sullen wi u alle jare van also vele quiten in uwer eerster rekeninghe die ghi ons dairna doen sult.
In orconde etc. Ghegheven in Middelburchh tsmanendaghes na Bamisse int jair ons Heren M° CCC° XXXVIIo.