Graaf Willem IV beleent Filips van Wassenaar, knaap, met het burggraafschap van Leiden en met het bijbehorende goed zoals diens oom Dirk van Leiden, de vorige burggraaf, dat had gehouden, met uitzondering van een jaarrente van 100 pond Hollands die Dirk van graaf (Willem III) had ontvangen om ridder te kunnen worden.
tBurchgraefscip van Leyden.
Bij hantering van de in de grafelijke kanselarij gebruikelijke paasstijl (zie de Inleiding) komt de datum 2 april 1339 twee maal voor, in zowel het burgerlijk jaar 1339 als 1340: in 1339 viel Pasen op 28 maart, in 1340 op 16 april. De toevoeging van de weekdag, 'zondag 2 april', bewijst dat het jaar 1340 is bedoeld; in 1339 viel 2 april op een vrijdag.
Vgl. nrs. WI 196 en 197.
Willaem ..grave van Heynnegouwena etc. maken cond allen luden dat wi verliet hebben ende verlien toit enen rechten liene Philps van Wassenare, onsen trouwen knape, die burchgravescop van Leyden ende anders alle liengoet dat die borchgrave van Leyden, hair Dieric die lest was, Philps oem voirs., liet in zinen lesten live, in allen recht alst heren Dierics borchgraven was van Leyden ende hadde in zinen lesten live, zonder alle die hondert pond Hollandsb syaers die onse lieve here onse vader, daer Got die ziele of hebben moet, gaf heren Dieric burchgrave van Leyden voirs. tot zire ridderscape tehelpe doe hi ridder wart: die zalen wi zelver behouden. Voirt soe loven wi Philps voirs. in goeden trouwen in allen desen vors. goede te houden ende te doen houden, hoe dat ghehieten es ende wair dat gheleghen es binnen onsen lande, toter tijt toe datter Philps voirs. uyt ghewonnen wart mitten rechten van onsen lande dair dit voirs. goet gheleghen es.
Ende om dat wi willen dat alle dese voirscrevenc voirwairden witteliken ende trouweliken ghehouden worden voir ons ende voir onse nacomelinghe Philps voirs. ende zine nacomelingher, soe hebben wi desen brief open bezeghelt met onsen zeghele. Ghegheven tote Berghend in Heynnegouwene des sonnendaghes op den anderen dach van aprille int jair XXXIXo.