Jacob van Oudshoorn, domdeken van Utrecht, geeft vidimus van een oorkonde d.d. 1226 januari 26 waarin Koenraad, bisschop van Porto en Sancta Rufina, pauselijk legaat, uitspraak doet in een aantal geschillen tussen bisschop Otto II van Utrecht en graaf Floris IV over de aanleg en het onderhoud van de spuisluizen in de Wendeldijk, de afgrenzing van beider gebied in het veen, de uitwisseling van dienstlieden, het dijkonderhoud en de uitoefening van grafelijke rechten in Friesland.
Roerende Vrieslant, gescille twusschen ende Utrecht.
Verderop in het register staat deze oorkonde nogmaals afgeschreven; zie nr. WO 101.
Na de tekst van de oorkonde d.d. 1226 januari 26 (zie de editie in OHZ):
Datum per copiam sub sigillo venerabilis viri domini Jacobi de Outshoirne, decani Maioris ecclesie Traiectensis, anno Domini Mo CCCo sexto decimo, feria sexta post beati Victoris.