Graaf Willem III verpacht Gillis, Willem en Pieter, zoons van Pieter Gillisz., het vierde deel van de tienden te Zwalinge en Souwelingewerf in Koudekerke, dat ook hun vader had bezeten, voor 8 schelling 11½ penning per jaar.
Gillis, Willem ende Pieter Gillisa zoens kindere.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast, en dat op de betreffende Goede vrijdag het nieuwe jaar nog niet was ingegaan. Zie de Inleiding.
Vgl. nr. ZE 486.
Wi Willaemb grave van Heynnegouwenc etc. maken cond etc. dat Gillijsd, Willaeme endef Pieter, g Pieter Gillijsh soens kindre, ane ons versocht hebben, behouden elken anderen sijns rechts, een verendeel van der tienden van Suwalinghei ende van Scuwelinghej wervek alsoe als hair vader plach te besitten, legghende in Coudekerke, wilke tiende voirs. wi hem verliet hebben van ons te houden ende te besitten in allen manieren alse die brief hout die bi wilcoire van ons ende van onsen mannen van Zeellandl dair of ghemaket ende bezeghelt es; ende si hebben hair versoec dair of betaildm onsen rentemeester van Bewester Sceltn in Zeellando als si sculdich sien te doene. Ende hier of zoe sal hip ons jairlix gheven te pachte VIII s. ende XI½ d. Hollandsq.
In oirkonde desen briever etc. Ghegheven in Middelburchs op den Goeden vriendach int jair ons Heren Mo CCCot XXVIIo.
Per dominum comitem et per Jan Heynrixu f.v w.