Graaf Willem III verleent de gemene kooplieden van Ieper, die laken en andere goederen uit Vlaanderen door zijn land naar Oost-Friesland voeren, vrijdom voor zijn tollen behalve voor die van Geervliet en, op de terugreis met goederen uit het Oostland, behalve voor die van Gouda; voorts geeft hij hun vrijgeleide.
Yperen.
In deze tekst een vroege vermelding van de tol op de kruising tussen de Gouwe en de Oude Rijn bij Alphen aan den Rijn, de zogenoemde Gouwesluis.
Willaem ..grave van Heynnegouwena, van Hollandb ende here van Vrieslandc maken cond allen luden dat wi den ghemeenen coemannen van Yperen, die doir onse land mid laken pleghen te varen tote Oestvriesland wairt, sulke gratie ghedaen hebben dat zi mid horen laken ende mid anders horen goede dat zi uyt Vlaenderend bringhen hare rechte tollen sullen gheven tote Gheervliet ende dair mede doir onse land varen sonder ons enighe mere tollen te gheven, het en ware in jare marcten ende des burchgraven tollen van Leyden; ende des ghelike sullen zi van allen goede dat zi uyt Oesterland bringhen tollen gheven ter Goude sonder ons enighe mere tollen te gheven anders dan voirscreven es. Ende dit sal gheduren ene maent na onsen wedersegghen, sonder archlist; ende hier binnen nemen wise in onse gheleyde in onsen lande alse langhe alse die termijn duert.
Ghegheven in den Haghe des donresdaghes na onser Vrouwen dach nativitas int jair ons Heren M° CCC° ses ende dortich.
Per dominum et commune consilium; G. Alewini.