Gerard heer van Horn en Altena belooft heer Otto graaf van Kleef dat hij alle leenmannen en dienstmannen in het deel van het land van Altena dat hij van de graaf in leen heeft zal berechten naar het in het land van Altena geldend recht; bij klachten hierover mag de graaf op Gerards kosten iemand sturen om dat te onderzoeken.
Onder het stuk in de marge, door andere hand: Concordatus.
Altena.
In de marge, door andere hand: Altena. – Onder het stuk in de marge, door een derde hand: Concordatus.
Zie de opmerking bij nr. ZH 438.
Wi Gheraerda here van Hoirne ende van Althena doen cond allen den ghenen die desen brief sullen sien of hoiren lesen ende verghien dies dat wi eenen edelen manne onsen here heren Otten grave van Cleve in goeden trouwen gheloift hebben ende gheloven in desen brieve dat wi allen den mannen ende dienst mannen die roeren van den lande van Althena, alse verre als wijt van hem houden, doen sollenb vonnessen ende recht alse ghewoenlike ende recht es in den lande van Altenac. Wair oic dat wi des niet en deden ende eenich der manne och der dienstmanne voir onsen voirghenoemden here den ..grave van Cleve sich des beclaghede, soe mochte die grave van Cleve senden op onsen cost eenen eersamen man int land van Althena omme die wairhede dair af te vernemene; ende vonded hi ons danne in broken, dat souden wi aflaten na rade ons voirghesegheds heren des ..graven van Cleven.
Omme dat wi willen dat dese stucken vast, zeker ende ghestade bliven, soe hebben wi desen voirseiden brief beseghelt mit onsen seghele. In kennessen der wairheit ghegheven ende ghemaect int jair ons Heren als men screef XIIIC ende VI, des sonnendaghes na Paischdach.