TNA CO 116 invnr. 26 f. 119r-121v 1730-07-22 Reglement E0022 Essequibo Company servants Slaves, Company /government Amerindians Englishmen Plantations, Company Alcoholic drinks Profession (occupational groups) Food supply Labour relations Housing Legislation for slaves Law and order Health care Civil administration Religion, general Essequibo Grootendorst, J. Huis Nabij Reglement voor de plantagedirecteuren van de WIC in Essequibo. Regulations for the managers of the WIC plantations in Essequibo.
1. De directeuren sullen wel sorge draagen, dat naar geleegentheyt van haar werk en op sijn tijt tweemaal 's jaars suyker en broodthuynen gecapt werden.
2. De thuynen gekapt sijnde, sullen de directeuren de eerste bequaame geleegentheyt waarneemen om dezelve te branden ende gehouden weesen yder bij het branden van haare thuynen present te zijn, om door het stellen van goede ordre voor te koomen de ongelucken, die door d'onvoorsigtigheyt der slaaven souden kunnen gebeuren.
3. De voorszegde thuynen gebrant en schoongemaakt sijnde, vereyscht den dienst dat dezelve soo haast doenelijk vol geplant werden, om hetselve te spoediger te volbrengen, sullen de directeuren gehouden zijn eens off tweemaal 's weeks de thuynen daar gewerkt wert te gaan besigtigen om alsoo den meesterknegt en de slaaven in haar pligt te houden en alle negligentie te weeren.
4. Ook sullen de directeuren met een bijsonder vlijt besorgen, dat alle haare te velde staande suykeren, brood en coffy van tijt tot tijt behoorlijk van 't onkruyt gesuyvert zijn, opdat vrugt daardoor in haaren wasdom niet benadeelt werden, en meede doen aenqueeken lemoenen en soete oranieappelen om van die aengenaame vrugten aen onse heeren en meesters bij alle occasien gezonden te kunnen werden.
5. Op een plantaagie gemaalen werdende, sal den directeur wel toesien, datter na rato van de in 't velt zijnde slaaven een behoorlijke quantitijt suykerriet aen de moolen gebragt werd ende eenige negeligentie bespeurende, zal hij door het stellen van goede ordres daarinne ten eersten voorsien.
6. Bij het kooken der suykeren sal in 't generaal agt genoomen werden, dat de keetels en berm schoon zijn en dat d'eerste keetel wel kookt en van sijn meeste vuyligheyt gesuyvert is, eer het sap in de andere keetels overgeschept wert ende sulx gedaan en al de keetels aen de gangh gebragt zijnde, sullen zij directeuren deselve sterk aen de kook doen houden en continueel doen schuymen, omdat het suykersap volkoomen gesuyvert behoort te weesen, eer men het in de grijnkeetel brengt, daar het gaar gekookt zijnde op zijn behoorlijke tijt moet getrocken werden; wel toesiende dat de suyker voor het aanbranden bevrijt blijft.
7. Ende om een ygelijk met meer oplettentheyt tot het maken van goede suykeren te doen ijveren, belooft de Heer Commandeur bij deesen, gelijk hij over een geruymen tijt reets mondelingh gedaan heeft, een somma van vijftigh guldens off een aam wijn aen dengeene, die de beste suykeren maken zal, zoodanigh dat hij de hoogste prijs in 't Vaderlant heeft.
8. De directeuren sullen niet vermoogen aen ymant eenige suykeren te geven sonder schriftelijke permissie van den Heer Commandeur nogte ook buyten sijne permissie eenige waaren, victualy ofte andere verversingh voor de plantagien van de Engelschen off elders moogen neemen, maar een ygelijk sal aen den Heer Commandeur schriftelijk overgeven wat hij van nooden heeft en sulx noodsakelijk oordeelende sal men bij resolutie vaststellen hetgeene onvermeydelijk van d'Engelschen genoomen moet werden en een ygelijk het zijne van Cartabe genieten. Sullende de betaalinge in siroop en kiltum van yder plantaagie na rato der slaaven geschieden.
9. Ook sullen zij directeuren geen sieroop off kiltum aen Engelse berquen off elders moogen leeveren als met kennisse van den Heer Commandeur ende opdat alles in de ordre geschiede, sullen de plantaagien Duynenburgh, Poelwijk en Twee Agataas haare leverantien naar Cartabe senden, om aldaar in presentie van den Heer Commandeur, den directeur, die de leverantie doet, en d'Engelsche capiteyn off steurman gepeylt te werden en vervolgens aen de berquen leeveren, wanneer zij nogh voor Cartabe leggen.
10. Dogh indien de berquen omlaag gedreeven sijn, eer de geheele schult van de edele Compagnie voor haar portie voldaan is, zullen de directeur der voorszegde plantagien met d'Engelsche capiteyn een dag beraamen om haare naadere leverantie te doen, welke capiteyns sigh alsdan op elke plantaagie sullen moeten laaten vinden om de vaaten te peylen. Werdende de directeuren gelast den Heer Commandeur daarvan bijtijts kennissie te geven, om sulx goetvindende bij de peylinge present te kunnen sijn. Deese ordre sal exact geobserveert en buytendien geen leverantie gedaan moogen werden, dogh alsoo de plantaagie Poelwijk te hoogh in de vallen lijt en de vaartuygen met siroop en kiltum Cartabe moeten passeeren, sal men de capiteyns daar bescheyden om de peylinge te doen.
11. Den directeur van de plantaagie de Pelgrim zal sijne leverantie van siroop en kiltum naar 't nieuwe fort (leggende op Bonnesique) brengen, om aldaar in presentie van den Heer Commandeur off schipper Jan Grooten Dorst gepeylt te werden.
12. De respective directeuren sullen besorgen, dat voornamentlijk het moolen- en kookhuys alsmeede de verdere huysinge van de bedienden behoorlijk met reparatien onderhouden blijven en dat de gereetschappen van de plantagien niet verwaarloost werden.
13. Ook sullen zij directeuren haar bedienden, elk in het zijne, in haar divoir houden, opdat door een naauwe oplettentheyt een ygelijk sijne fonctie en pligt ten dienste van Haar Edele Agtbaare met vlijt waarneemen en de timmer- en kuypernegers continueel in 't labeur gehouden werden.
14. Ende alsoo de dronkenschap niet alleen verfoeylijk in sijn selven is, maar ook veeltijts droevige gevolgen naar zigh sleept, werden alle directeuren wel expresselijk verbooden geen drank aen haare bedienden te moogen vercoopen, onder wat benaminghe het ook zij, en ook niet te dulden, dat het voor degeenen, die er een quaad gebruyk van maaken elders gekogt werde, nogh dat de bedienden aen malkanderen eenigh gelt op haare gagien verspeelen, alsoo voor de schult daaruyt spruytende geene adsignatien sullen verleent werden.
15. Verders sullen sij directeuren besorgen, dat haare uytloopers op zijn tijt naar de zeekant gezonden werden om te souten, opdat de plantaagien in geen gebrek van behoeftigheeden voor christenen en slaaven moogen vervallen, alsmeede om de noodige vaartuygen tot gebruyk van de plantagien te laaten inhandelen, waartoe sij carquazoenen genoegh genieten en ymant te kort koomende, zal (na behoorlijk daarvan reeden te hebben gegeven) in d'edele Compagnieswinkel geholpen werden. Ook zal hem een yder wagten de vrije indiaanen eenigh leet off ongelijk aen te doen, 't zij in haare familien off goederen, opdat de christenen niet gelastert werden, maar de indiaanen veeleer door haare goede behandelinge den christenen bereytwilligh ten dienste blijven ende alsoo de drie pointen in dit articul vervat naauwkeurigh moeten geobserveert werden, blijft een ygelijk op het serieuste gerecommandeert dezelve te doen naarkomen.
16. Daar zal ook alle daagen aangeteekent werden met wat werk de slaaven haar besigh houden en de directeuren sullen verpligt sijn niet alleen van haare genootene victualy en carquazoenen, maar ook van alle de slaaven, beestiaalen en andere effecten behoorlijke verantwoordinge te doen ende goede zorgh draagen, dat de sieke christenen en slaaven door medicamenten en verversingh gesoulageert werden. De slaaven sullen ook volgens gebruyk haare vrije Saturdaagen hebben om haare broodthuynen te kunnen bewerken en de directeuren sullen besorgen, dat zij op die tijden in haare thuynen werken, opdat sij in geen geval van brood koomen te vervallen. Sullende sij directeuren meede sooveel doenlijk sorge draagen voor het aenqueeken van paarden, koebeesten en alderhande klijn vee, dat tot nut van een plantaagie kan dienen.
17. Ook sullen sij directeuren buyten den dienst van Haar Edele Agtbaare geen twee nagten na den anderen van de plantagien moogen bleyven off zij sullen den Heer Commandeur alvoorens moeten aanthoonen dat dit sonder prejuditie kan geschieden en voor alle toevallen verantwoordelijk zijn.
18. Alsoo den Sondagh affgesondert is tot den godsdienst, sullen de directeuren die door de verre affgelegentheyt der plantaagien niet te kerke kunnen koomen, gehouden zijn haare bedienden in haar huys te doen vergaaderen, alwaar den directeur oeffeningh zal doen houden in gebeeden, het voorleesen van Gods heyligh woort en het singen der psalmen, opdat den dagh des Heeren door ligtveerdigh tijtverdrijff niet ontheyligt en werde.
19. Ende soo ymand ijdelijk Gods naam met vloeken off ligtveerdig sweeren quaame te ontheyligen off elkander met smadelijke woorden quaamen te schelden, sullen de directeuren de zoodaanige scherpelijk bestraffen en vermaanen ordentelijk teegen den anderen te gedraagen en dit niet helpende sal den directeur andere middelen in 't werk stellen om een ygelijk in zijn pligt te houden en indien zij egter in haare brutaliteyten voortgaan, zal daarvan aen der Heer Commandeur kennisse gegeven werden, die zoodaanige bedienden naar ondervindinge van saaken sal doen straffen.
20. Eindelijk sal een ygelijk verder alles soodanigh op zijne onderhebbende plantaagie reguleeren en schicken als met het meeste intrest van Haar Edele Agtbaare overeen kan koomen, opdat door het houden van een goede directie elk aangespoort magh werden om den anderen in eyver en vigelantie voorbij te streven en alsoo den roem en eer erlangen, die getrouwe dienaars booven haare belooninge door zoo een preyselijk gedragh meriteeren.
Waaromme de respective directeuren geordonneert werden dit regelement in allen deelen te observeeren ende naar te koomen. ----
Commandeur van Essequibo. National Archives Great Britain