Amsterdam
<< verkiezingsuitslagen
deeluitmakende gemeenten
| bevolkings samenstelling
| opmerkingen
Opmerkingen
In het proces-verbaal van de herstemming van 31 mei 1853 kloppen de gegevens niet. Er zouden 6336 geldige stemmen en 9 ongeldige stemmen zijn uitgebracht, terwijl er maar 2113 briefjes waren ingeleverd. Het maximaal aantal stemmen kon dus slechts 6339 bedragen. In maart 1883 vonden er tegelijk twee tussentijdse verkiezingen plaats. De ene verkiezing betrof de vacature J. Dirks waarbij Dirks, na een herstemming, opnieuw werd afgevaardigd en de andere verkiezing betrof de vacature P.H. Holtzman waarbij A. Gildemeester na een herstemming werd afgevaardigd. In 1850 behoorden 12372 mannen (12,1%) tot het evangelisch-lutherse kerkgenootschap; in 1858 waren dat er 12450 (10,6%); in 1864 12897 (10,1%); in 1869 12722 (10,4%) en in 1878 14022 (8,9%). In 1888 behoorden 32006 personen (7,4%) tot het evangelisch-lutherse kerkgenootschap; in 1897 waren dat er 35080 (6,9%) en in 1909 34371 (6,1%). In 1850 behoorden 12029 (11,7%) mannen tot het nederlands-israëlitisch en het portugees-israëlitisch kerkgenootschap; in 1858 waren dat er 12918 (11,0%); in 1864 14333 (11,2%); in 1869 14280 (11,7%) en in 1878 19439 (12,4%). In 1888 behoorden 54638 personen (12,6%) tot het nederlands-israëlitisch en het portugees-israëlitisch kerkgenootschap; in 1897 waren dat er 59065 (11,6%) en in 1909 60970 (10,8%). Verder behoorden in 1897 30157 personen (5,9%) tot geen enkele kerkelijke gezindte en in 1909 66902 personen (11,8%). Kiesdistrict 1858 toegevoegd: Sloten, Nieuwer-Amstel, Ouder-Amstel. Kiesdistrict 1864 toegevoegd: Nieuwer-Amstel, Ouder-Amstel. Kiesdistrict 1869 afgesplitst: Diemen, Watergraafsmeer. Kiesdistrict 1878 afgesplitst: Diemen, Watergraafsmeer; toegevoegd: Nieuwer-Amstel, Ouder-Amstel. Kamerleden 1850-1858 5; 1858-1878 6; 1878-1887 7; 1888-1897 9.
|
|