Verzekeringsfondsen

 
English | Nederlands

'Gedenk te sterven'

Gegegevens

Naam 'Gedenk te sterven'
Plaats Kollumerland
Provincie Friesland
Aard onderling
Datum 1812-1901 (laatste vermelding)
Jaar van oprichting 1812
Laatste vermelding 1901
Bestaansduur > 50 jaar
Ziekengeld ja
Begrafenisgeld ja
Leden
Jaar Aantal
1827 123
1845 124
1850 125
Tekst

`Gedenkt te sterven'. 1812-

Reglement z.j., waarschijnlijk 21 maart 1826

Opgericht te Kollum in 1812.

Voorzieningen: ziekengeld ƒ1,50 (1845 idem, geen geneeskundige hulp); begrafenisgeld volgens reglement ƒ40 en ƒ20 voor de kist en ƒ10 bijkomende kosten. Volgens opgave statistiek 1827 ƒ74; 1845 ƒ42 te weten ƒ18 doodkist, begrafenis en graf ƒ10, bode ƒ4,- en ƒ10 aan erven. Leden dragen lijk, gratis klokluiden; ±1892 (reglement 1881) werd ƒ1,50 ziekengeld uitgekeerd als er ƒ1000 in kas was; was er een voorschotregeling en bedroeg het begrafenisgeld ƒ75 en dragers ed.

Leden: reglementair maximum 125; 1827 123; 1845 124 meer en mingegoeden; 1850 125; ±1890 en ±1894 100-500 leden.

Contributie: 10 cent; 1845 idem; entree ƒ1,-, 20 cent administratie en zonodig extra betaling bij sterfgeval.

Bezit: 1850 ƒ6000.

Bestuur 1845: uit leden gekozen. Penningmeester moet ƒ400 borg stelen. Bode ƒ4,- en ƒ4,- bij elke begrafenis.

Van 1812 t/m 1827 totaal ƒ13.275 inkomen en ƒ8261 uitgaven; positief saldo van ƒ5015.

Bijzonderheden: het bestuur is in 1831, als voor beide fondsen goedkeuring ivm KB1830 wordt aangevraagd, gedeeltelijk hetzelfde als bij `Zorg voor ziekte' (6409). Als een kind sterft en de buren weigeren te dragen, dan moeten fondsleden dat doen. Als iemand door ouderdom of gebrek tot armoede vervalt en de contributie niet meer kan voldoen zijn de andere leden verplicht gezamenlijk de contributie op te brengen.

Bronnen: Armverslag 1827; S. 303, 1812-?; Enquête 1845; Begrafenisrapport Nut, 186; Ziekenfondsrapport Nut, 291; Fondsenenquête, 801; lijst departement.