Zieken- en begrafenisbus van het Nut
Gegegevens |
|||||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam | Zieken- en begrafenisbus van het Nut | ||||||||||||||||||||
Plaats | IJlst | ||||||||||||||||||||
Provincie | Friesland | ||||||||||||||||||||
Aard | nuts-fonds | ||||||||||||||||||||
Datum | 1828-1941 (fusie) | ||||||||||||||||||||
Jaar van oprichting | 1828 | ||||||||||||||||||||
Bestaansduur | > 50 jaar | ||||||||||||||||||||
Fusiedatum | 1941 | ||||||||||||||||||||
Fusieresultaat | ziekenfonds Sneek e.o. | ||||||||||||||||||||
Ziektekosten | ja | ||||||||||||||||||||
Begrafenisgeld | ja | ||||||||||||||||||||
Leden |
|
||||||||||||||||||||
Tekst | Zieken- en begrafenisbus van het Nut. 1828*-1941 fusie met Sneek Opgericht en bestuurd door departement Nut. Het bestond al lang. Omdat het Nut eerst fondsen had ingezameld, kon het direct met uitkeringen beginnen. In 1847 werd omdat het goed ging met het fonds de ziekengelduitkering iets verhoogd en kregen ook bejaarden iets. Helaas toonde de doelgroep geen grote belangstelling voor het fonds. Beginperiode geen notulen (pas vanaf 1889). In 1887 kreeg het fonds meer zelfstandigheid tov het Nut, in 1925 werd besloten het bestuur uit de leden te kiezen. Fusie: Bij de invoering van het Ziekenfondsenbesluit fusie met Sneek. Voorzieningen: begrafenisgeld, medicijnen, arts; 1882 arts, medicijnen; ziekengeld ƒ2,50 mannen, ƒ1,50 vrouwen (10 weken), begrafenisgeld ƒ50. ±1892 (reglement 1888) geneeskundige hulp; begrafenisgeld onder 13 jaar ƒ10, 13-17 ƒ15, overigen ƒ30. Leden: 1844 38; 1854 43; 1860 37; het ledental bleef voortdurend lager dan 40; 1879 40; 1882 42 en 25 kinderen; 1901 24 leden en 4 kinderen, 40 donateurs; 1910 26 en 22 kinderen, 5 trekkend (vrijgesteld van contributie), 35 donateurs; 1936 523; 1938 559. Contributie: 1882 15 cent. Bezit: 1844: ƒ1500; 1879 ƒ2800. Bijzonderheden: 1. BiZa inv. 1527, 30 juli 1860, 80, situatie is niet gunstig. 2. In 1939 wordt gememoreerd, dat de notulen rond 1889 een conflict melden met dokter Galema, die ƒ175 eiste, terwijl het fonds 150 wilde betalen. Het fonds moest toegeven. Nu goede samenwerking met dr. Groinga. 3. Tijdens de Eerste Wereldoorlog verloor het fonds ƒ1300 op zijn beleggingen en werden de uitkeringen verlaagd. Bronnen: Armverslag 1854; S. 388, 1828*-? Leeuwarder Courant; Begrafenisrapport Nut, 408; Ziekenfondsrapport Nut, 613; Fondsenenquête, 836; NMG, 134. S. 399, geeft tevens een Zieken- en Overlijdensfonds, dat nog in 1930 bestond en in 1829 zou zijn opgericht. Waarschijnlijk hetzelfde; de Jaarboeken Nut melden omstreeks dit jaar instelling van een commissie van toezicht; departementale lijst; Verslag Verzekeringskamer 1924, 63, rubr. A; CBS 1936, aangesloten bij de federatie; Het ziekenfonds, 1939, no. 4, 8. |