Onderling verplegingsfonds van de inlandsche tapijtfabriek
Gegegevens |
|||||
---|---|---|---|---|---|
Naam | Onderling verplegingsfonds van de inlandsche tapijtfabriek | ||||
Plaats | Baarn | ||||
Provincie | Utrecht | ||||
Aard | bedrijfsfonds | ||||
Datum | 1822-1831 (laatste vermelding) | ||||
Jaar van oprichting | 1822 | ||||
Laatste vermelding | 1831 | ||||
Bestaansduur | 02-10 jaar | ||||
Ziekengeld | ja | ||||
Ziektekosten | ja | ||||
Leden |
|
||||
Tekst | Onderling verplegingsfonds van de werklieden in de inlandsche tapijtfabriek. 1822-? Opgericht 1 jan. 1822. Reglement 1827. Contributie 5% van het weekloon. In 1831 weigert de directeur, Cohen, opgave te doen, omdat het fonds z.i. niet in het armverslag hoort. Aard: bedrijfsfonds. Voorziening: geneeskundige hulp (inclusief inenting), medicijnen, ziekengeld 40 cent per werkdag, als loon minder dan 60 cent is 20 cent. Leden: 1827 110 Contributie: 15-30 cent. Bijzonderheden: tegen extra contributiebetaling worden vrouw en kinderen ook in het fonds opgenomen. Bron: Armverslag 1827. |