Daghuurdersdoodenbus
Gegegevens |
|||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam | Daghuurdersdoodenbus | ||||||||||
Plaats | Amersfoort | ||||||||||
Provincie | Utrecht | ||||||||||
Aard | onderling | ||||||||||
Datum | 1717-1868 | ||||||||||
Jaar van oprichting | 1717 | ||||||||||
Jaar van opheffing | 1868 | ||||||||||
Bestaansduur | > 50 jaar | ||||||||||
Ziekengeld | ja | ||||||||||
Begrafenisgeld | ja | ||||||||||
Leden |
|
||||||||||
Tekst | Daghuurdersdoodenbus. 1717-1868 Reglement: 19 april 1717; 2 maart 1722; 30 maart 1723; 26 aug. en 25 nov. 1726; 28 juni 1728; 5 febr. 1742; 17 mei 1802; 12 sept. 1825 Opheffing wordt gemeld in 1869 met de mededeling, dat de opheffing het gevolg was van concurrentie van elders gevestigde bussen. De deelnemers zijn grotendeels overgegaan naar de Groninger Levensverzekeringsmaatschappij (764). Bestuursstructuur: leden kiezen ieder halfjaar 2 schafters. Toezicht van de stad. Voorziening: begrafenisgeld 1717 als het kapitaal minder is dan ƒ200 ƒ30, is het meer ƒ40. In 1722 wordt de scheidslijn gelegd bij ƒ400 kapitaal. In 1826 bedroeg de uitkering ƒ42. Het reglement van 1723 betreft de oprichting van een ziekenbus, die een ziekengeld uitkeert; de beide wijzigingen uit 1726 betreffen eveneens de ziekenbus. Niet duidelijk is wanneer de ziekenbus haar bestaan heeft beëindigd. Leden: 1826 1717; 1831 1704; 1856 ruim 1000; 1866 ±1500. Volgens Brusse, 141, in jaar van opheffing 1868 300. Contributie: mannen 5 cent; vrouwen 2½ cent. Bijzonderheden: In het reglement van 1722 wordt bepaald, dat alleen met toestemming van de stad het busgeld verdeeld mag worden. Bronnen: Armverslag 1827; S. 86; Brusse, Amersfoort, 141. |