NN Franeker Algemeen Turfdragersfonds
Gegegevens |
|||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam | NN Franeker Algemeen Turfdragersfonds | ||||||||||
Plaats | Franeker | ||||||||||
Provincie | Friesland | ||||||||||
Aard | werklieden | ||||||||||
Datum | 1795-1924 (laatste vermelding) | ||||||||||
Jaar van oprichting | 1795 | ||||||||||
Laatste vermelding | 1924 | ||||||||||
Bestaansduur | > 50 jaar | ||||||||||
Ziekengeld | ja | ||||||||||
Begrafenisgeld | ja | ||||||||||
Leden |
|
||||||||||
Tekst | Turfdragersfonds. 1795- Naam ontleend aan andere bron. In de enquête uit 1812 kwam ook al een turfdragersbus voor, die eveneens alleen een begrafenisuitkering deed. Volgens Verhoren fondsenenquête, 174, bestaat het Turfdragersfonds sinds 1813. Gegeven het feit, dat het fonds in 1812 (of 1813) al 11 weduwen tot zijn last had, moet het een directe voorloper hebben gehad. Spaans maakt melding van een turfdragersbeurs in 1795. Spaans, Armenzorg in Friesland, 299 en noot 23. Opheffing: De verzekeringskamer vermeldt het fonds in 1923 en 1924, niet 1925. Voorziening: 1812 begrafenisgeld 52Fr50. ±1894 ƒ40. Contributie: 1812 mannen 10, weduwen 5 cent. Bezit: 1812 273Fr; 1924 ƒ48. Contributie 1891: 10 cent, geen vrije kinderuitkering, wel lid vanaf 3 jaar bij eveneens 10 cent contributie. Leden: 1812 42 mannen en 11 weduwen; 1891 ruim 700; 1923 770; 1924 755. Bijzonderheden: er wordt jaarlijkse uitdeling gehouden. Bronnen: Armverslag 1832; Enquête 1812; S. 305, Franeker Algemeen Turfdragersfonds, 1813-nog 1890; S. 910 geeft ook een Algemeen Turfdragersfonds, opgericht ±1880; Begrafenisrapport Nut, 108, 1000-5000 leden; Fondsenenquête, 779; Verhoren, 174; Verslag Verzekeringskamer 1924, bijlage 14, 42. |